Dit artikel hoort bij: Staat van 02

Veiligheid op de grond

Bij de grondafhandeling van vliegtuigen is in 2022 vaak afgeweken van Schipholregels die veiligheid op dit gebied bevorderen. De ILT maakt zich zorgen over de risico’s en roept de luchtvaartbedrijven op om snel verbeteringen door te voeren.

De ILT gaat haar toezicht op de grondafhandeling verder aanscherpen en handhavend optreden. Zo nodig zal de ILT de grondafhandeling van een vliegtuig stilleggen totdat een onveilige situatie is verholpen. Veiligheid in de grondafhandeling is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van grondafhandelaren, het luchthavenbedrijf Schiphol en de luchtvaartmaatschappijen. De ILT verwacht dat alle partijen hun verantwoordelijkheid nemen en samenwerken om de situatie te verbeteren.

Grondafhandeling is complex en staat onder tijdsdruk

Een vliegtuig dat is geland en bij de gate op de vliegtuigopstelplaats (VOP) aankomt, moet in korte tijd weer klaar worden gemaakt voor vertrek. Denk aan het laden en lossen van bagage, tanken, schoonmaken, cateren en ijsvrij maken van het vliegtuig. Dit werk is complex en vindt vaak plaats onder tijdsdruk omdat de luchtvaartmaatschappij het vliegtuig zo kort mogelijk aan de grond wil houden. Mensen die op de VOP werken, moeten zich houden aan de Schipholregels. Als de regels niet worden nageleefd, kunnen risicovolle situaties ontstaan. Het vliegtuig kan beschadigd worden en met een defect opstijgen, of personeel op de VOP’s kan gewond raken.  

Veel afwijkingen van regels en risicovolle situaties op de VOP’s

De ILT heeft tijdens de zomer van 2022 wekelijks inspecties op Schiphol gehouden. Daarbij constateerde de ILT tijdens elke inspectie meerdere afwijkingen van de Schipholregels. Deze afwijkingen dragen bij aan het ontstaan van risicovolle situaties op en rondom de VOP’s. Voorbeelden zijn geblokkeerde brandblussers, rijden binnen de afbakening van het vliegtuig en karretjes die geparkeerd worden waar dat niet mag. De ILT heeft met interviews en literatuuronderzoek gezocht naar de oorzaken van deze risicovolle situaties. Volgens de medewerkers die verantwoordelijk zijn voor de grondafhandeling ligt het aan een tekort aan personeel, ruimtegebrek, tijdsdruk en onvoldoende training en ervaring. 

Kans op voorvallen toegenomen

De ILT constateerde al eerder afwijkingen van regels en risicovolle situaties op de VOP’s. Hoewel het luchthavenbedrijf een verbeterplan heeft opgesteld, en de meeste acties daarvan heeft uitgevoerd, ziet de ILT dat de genomen maatregelen onvoldoende effect hebben gehad. Daarnaast is het vliegverkeer in 2022 sterk toegenomen ten opzichte van 2021 vanwege het einde van de coronacrisis. Hierdoor is het drukker geworden op de VOP’s en moest er snel veel personeel worden aangenomen en ingewerkt. Volgens de ILT is daardoor de kans op voorvallen groter geworden. Hoewel er vangnetten zijn om (ernstige) ongevallen te voorkomen, vindt de ILT dat de luchtvaartbedrijven er alles aan moeten doen om de grondoorzaken voor voorvallen weg te nemen.

Voorvallen op de VOP’s worden vaak niet bij het ABL gemeld

Europese regelgeving verplicht organisaties om voorvallen die een belangrijk risico kunnen inhouden voor de luchtvaartveiligheid, te melden aan hun nationale autoriteit. Nederlandse organisaties moeten aan het ABL melden. Medewerkers melden aan hun organisatie, en wanneer dit niet kan rechtstreeks aan het ABL. Het melden van dergelijke voorvallen op de VOPs gebeurt lang niet altijd, blijkt uit onderzoek van de ILT.

Het melden van voorvallen is een zeer belangrijk aspect van de werking van een veiligheidsmanagementsysteem. Op basis van (onder andere) voorvallen en trends in het systeem beoordelen bedrijven of risico’s op een bepaald gebied acceptabel zijn en blijven. Daarnaast kan een bedrijf uit informatie over voorvallen leren hoe iets veiliger gemaakt kan worden. De ILT gebruikt de meldingen bij het ABL om haar toezicht efficiënt uit te voeren en de juiste focus te bepalen. Het ontbreken van meldingen brengt de werking van het veiligheidsmanagementsysteem in gevaar en is dus zeer onwenselijk.

Personeel dat bij de grondafhandelaren werkt, geeft verschillende redenen aan waarom ze niet melden. De belangrijkste redenen zijn: niet altijd duidelijk wat er gemeld moet worden en door wie, gebrek aan tijd en angst voor gevolgen na een melding. Mensen die wel melden, geven aan dat het Europese meldformulier moeilijk in te vullen is en dat ze niet te horen krijgen wat er met een melding wordt gedaan. De ILT zal met de luchtvaartbedrijven samenwerken om de meldprocessen eenvoudiger en duidelijker te maken, zodat het personeel veilig en makkelijk een voorval kan melden.

Luchtvaartbedrijven moeten sneller veiligheidsmaatregelen nemen

De ILT heeft haar zorgen over de grondafhandeling met het ISMS besproken in een dialoogtafel. De luchtvaartbedrijven erkennen dat de Schipholregels op en rond de VOP’s lang niet altijd goed nageleefd worden. Daarom heeft het ISMS een actieplan opgesteld dat de risico’s op lange termijn moet verkleinen. Het ISMS zet vooral in op het delen van grondmaterieel tussen meerdere afhandelaren. Daardoor zijn er minder bewegingen en materieel nodig. De ILT vindt het delen van grondmaterieel een goede maatregel. Deze maatregel is echter recent voor onbepaalde tijd uitgesteld en zal daarom niet helpen om de risico’s op korte termijn te verbeteren. De ILT roept het ISMS en de luchtvaartbedrijven op om snel in actie te komen. 

De ILT zal handhaven

De aanhoudende situatie op de VOP’s leidt tot 2 bevindingen van de ILT. De eerste is dat het luchthavenbedrijf Schiphol op dit moment onvoldoende invulling geeft aan haar verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de grondafhandeling. De tweede is dat het toezicht van het luchthavenbedrijf Schiphol op de grondafhandelingswerkzaamheden tekort schiet. Het luchthavenbedrijf Schiphol zal een verbeterplan opstellen en uitvoeren om deze tekortkomingen op te lossen. 

De ILT gaat haar toezicht op de grondafhandeling verder aanscherpen en handhavend optreden. Zo nodig zal de ILT de grondafhandeling van een vliegtuig stilleggen totdat een onveilige situatie is verholpen.

Samenwerking met de Nederlandse Arbeidsinspectie

Afgelopen jaar is er veel aandacht geweest voor de werkomstandigheden op Schiphol. Vakbonden als de FNV hebben signalen gegeven over hoge werkdruk, (te) zware fysieke belasting, ontbrekende of onvoldoende voorzieningen, de blootstelling van werknemers aan gevaarlijke stoffen en de uitbesteding van diensten en beloning. De ILT werkt samen met de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) om de situatie voor de werknemers op het platform te verbeteren. De NLA heeft in 2022 onderzoek gedaan naar de arbeids- en rusttijden bij grondafhandelaren en inspecties uitgevoerd bij de bagageafhandelaars op fysieke belasting van werknemers. Eerder heeft de NLA inspecties uitgevoerd naar de blootstelling aan gevaarlijke stoffen van werknemers op de platforms. 

Veiligheid in de grondafhandeling

Veiligheid in de grondafhandeling is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van grondafhandelaren, het luchthavenbedrijf Schiphol en de vliegtuigmaatschappijen.

Grondafhandelingsbedrijven worden door luchtvaartmaatschappijen ingehuurd om de grondafhandeling van een vliegtuig te doen. Bijvoorbeeld het laden en lossen van bagage in het ruim, het aansluiten van vaste stroomvoorziening aan het vliegtuig en het wegduwen van het vliegtuig van de gate. Hoewel ze door een grondafhandelingsbedrijf worden uitgevoerd, blijven deze werkzaamheden de verantwoordelijkheid van de luchtvaartmaatschappij. Daarnaast moeten grondafhandelaren zelf zorgen dat hun personeel goed getraind is, veilig kan werken en zich aan de Schipholregels houdt. Tenslotte is het luchthavenbedrijf Schiphol als exploitant van de luchthaven verantwoordelijk voor wat er op het Schiphol terrein gebeurt. Dit geheel zorgt voor een situatie waarin de verantwoordelijkheden verdeeld zijn. Het verbeteren van de huidige situatie vraagt dus om inspanning van alle betrokken partijen.