Het gebied rond Schiphol wordt intensief gebruikt door vliegverkeer. Het Luchthavenindelingbesluit Schiphol (LIB) beschermt toekomstige omwonenden tegen geluidsoverlast (en veiligheidsrisico’s) van vliegtuigen maar beperkt daarmee ook de bouwmogelijkheden in het gebied.
Rond Schiphol wordt veel overlast ervaren van vliegtuiglawaai. Tegelijkertijd is het een gebied waar sprake is van een grote druk op de woningmarkt en is er behoefte aan woningen. Om toekomstige bewoners te beschermen zijn in het LIB zones aangewezen waar beperkingen gelden voor de bouw of uitbreiding van geluidgevoelige gebouwen als woningen, scholen en verpleeghuizen. Voor andere gebouwen, zoals kantoren en hotels, gelden deze beperkingen niet. Hoe dichter bij de luchthaven, hoe groter de beperkingen zijn. Dicht bij de luchthaven wordt immers het laagst gevlogen.
LIB-beperkingengebied: 5 zones
Het Luchthavenindelingbesluit Schiphol (LIB) legt beperkingen op aan bebouwing, activiteiten en functies in de buurt van luchthaven Schiphol. De beperkingen zijn ingesteld om te voorkomen dat objecten of gebruiksfuncties worden ontwikkeld die:
- het vliegverkeer belemmeren en/of in gevaar brengen (vliegveiligheid);
- zelf te veel geluidhinder of risico ondervinden als gevolg van het vliegverkeer (externe veiligheid en geluid).
Het onderdeel vliegveiligheid gaat over de hoogte of verstorende werking van gebouwen en objecten, of waterpartijen die vogels kunnen aantrekken. Voor de onderdelen geluid en externe veiligheid is het LIB-beperkingengebied ingedeeld in 5 zones. Zone 1 ligt het dichtst bij de start- en landingsbanen, zone 5 het verst er vanaf. Per LIB-zone gelden andere beperkingen voor de uitbreiding van woningen, of andere gebouwen. Hoe dichterbij de zone ligt, hoe beperkender de regels zijn.
Toekenning verklaringen van geen bezwaar door ILT
In de regels van het LIB zit enige ruimte om het gebied niet helemaal op het slot te houden voor woningbouw. In zone 4 mogen gemeenten in het kader van de leefbaarheid onder meer 25 woningen per bouwplan bouwen binnen bestaand stedelijk gebied. In zone 5 zijn buiten bestaand stedelijk gebied geen nieuwe woningbouwlocaties toegestaan, maar gelden geen bouwbeperkingen binnen bestaand stedelijk gebied. Hiernaast kunnen gemeenten bij uitzondering, voor een bijzonder geval, een verklaring van geen bezwaar (vvgb) aanvragen bij de ILT. Ze moeten dan aantonen dat het in dat geval - met afweging van alle belangen - redelijk zou zijn toch meer bouw toe te staan. In het LIB staat hoe gemeenten dit moeten aantonen.
In het gebruiksjaar 2022 hebben gemeenten 2 maal een vvgb aangevraagd binnen zone 4, deze zijn toegekend, en 5 maal binnen zone 5, waarvan er 3 zijn toegekend.
Spanningsveld ’Kronenburg’
Het LIB wordt soms verschillend geïnterpreteerd door gemeenten. Dit geldt bijvoorbeeld voor begrippen als bouwplan en tijdelijke bewoning. Dit kan dan een spanningsveld opleveren tussen een gemeente en de ILT.
Dit komt bijvoorbeeld tot uiting bij het plan voor de bouw van bijna 4500 studentenwoningen en een zogenoemd studentenhotel met 502 kamers in de wijk Kronenburg-Uilenstede in Amstelveen. Het aantal geplande woningen is veel hoger dan het aantal dat het LIB toestaat, namelijk 25 woningen per bouwplan. Één van de doelen van het LIB (bescherming bieden tegen geluidsoverlast) is daarmee sterk in het geding. Daarnaast had gemeente Amstelveen geen vvgb aangevraagd bij de ILT en was het bestemmingsplan in 2021 al vastgesteld. De ILT ging hiertegen in beroep bij de Raad van State. De Raad van State stelde de ILT in maart 2022 in het gelijk.
De ILT is ook in beroep gegaan tegen de omgevingsvergunning die de gemeente Amstelveen had verleend voor de bouw van het studentenhotel. De gemeente wil studenten in staat stellen om maximaal een jaar in het studentenhotel te wonen. De ILT is van mening dat de gemeente daarmee het LIB niet juist toepast. Voor logies en tijdelijk verblijf is volgens het LIB geen vvgb nodig. Bij verblijf langer dan een half jaar is er volgens de ILT echter sprake van wonen. De rechter heeft inmiddels uitspraak gedaan in het beroep en heeft de ILT in het gelijk gesteld.
LIB en kaders voor handelen ILT
Het LIB ligt sinds het beroep van de minister van IenW tegen het bestemmingsplan Uilenstede-Kronenburg onder een politiek vergrootglas. De Tweede Kamer nam op 14 september 2022 met grote meerderheid een motie aan waarin zij de regering vraagt zich tot het uiterste in te spannen om de studentenwoningen bij Kronenburg te realiseren. De gemeente heeft tot heden niet opnieuw een vvgb aangevraagd bij de ILT.
De ILT handelt binnen de mogelijkheden die het LIB biedt. Afwijken van het LIB is alleen mogelijk in het kader van bijzondere omstandigheden. In de nota van toelichting van het LIB staat beschreven hoe de afweging bij een aanvraag om een vvgb moet worden gemaakt.