Meerjarenplan ILT 2017 - 2021 Meerjarenplan ILT 2016

Meerjarenplan ILT 2017 - 2021 Meerjarenplan ILT 2016

Deze printvriendelijke versie bevat niet de volledige inhoud van het online magazine, maar alleen de teksten en een beperkte selectie foto´s. Het hele online magazine met alle foto´s, video´s en multimedia kan worden bekeken op:
https://magazines.ilent.nl/meerjarenplan/2016/01

Nog een tip voor het geval u het magazine wil printen: Heeft u een Windows-computer en bekijkt u het magazine met het programma Chrome? Dan adviseren we u voor het afdrukken alleen gebruik te maken van het zogenoemde dialoogvenster (Ctrl+P).

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

Voorwoord en hoe dit meerjarenplan te lezen

Maatschappelijke ontwikkelingen en innovaties

Voorwoord

De parlementaire enquête over de Fyra en andere ontwikkelingen zijn voor de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) aanleiding voor een koersverandering. Het is onder meer deze koersverandering waar dit Meerjarenplan 2017-2021 over gaat.  

De  Fyra-enquête heeft de ILT niet gespaard. Er kwamen indringende lessen uit naar voren, die de ILT  zeer ter harte neemt.  Daarnaast stimuleren maatschappelijke en technologische ontwikkelingen tot bezinning. Zoals elke publieke organisatie, moet de ILT blijvend reflecteren op haar werk.

Risico-gestuurd

Van een inspectie mag worden verwacht dat zij de per definitie schaarse middelen daar inzet waar de risico’s voor de publieke belangen het grootst zijn. En waar haar handelen het meeste effect sorteert. Het toezicht van de ILT moet daarom meer risico- en informatiegestuurd zijn. Het gaat erom onwenselijke situaties en  de maatschappelijke impact ervan te kunnen inschatten en daarnaar te handelen. Dat vraagt om kennis die de ILT in staat stelt om keuzes te maken. Bovendien moet zij vooraf zicht bieden op wat zij doet -en waarom- en achteraf verantwoording afleggen van de resultaten. Een stevige ambitie om de ILT hiervoor verder klaar te maken, terwijl het dagelijks werk doorgaat.

Efficiency

Naast toezicht, handhaving en opsporing heeft de ILT ook vergunningverlenende taken. Op termijn gaat zij kostendekkende tarieven in rekening brengen. Dat is een extra stimulans om de efficiency en de dienstverlening te verbeteren. 

Veranderopgave

De veranderopgave is niet een kwestie van het omzetten van een schakelaar.  Het werkveld is breed en divers. De ILT is een fusiedienst van fusiediensten waarvan de samenstellende delen soms ver uiteen liggende achtergronden hebben. De ILT houdt toezicht op de naleving van een omvangrijk, complex en gedetailleerd scala aan wetten en regels en richt zich op talrijke bedrijfstakken en doelgroepen.  Bij de bezinning op haar koers neemt de ILT deze diversiteit nadrukkelijk in ogenschouw.

Publieke belangen

Dit meerjarenplan toont hoe de organisatie zich ervoor inspant om aan de politieke en maatschappelijke verwachtingen te voldoen en hoe zij vorm en inhoud geeft aan de veranderingen.

Het plan presenteert een selectie van publieke belangen in Nederland samen met de verschillende manieren waarop de ILT deze belangen nu dient en wil dienen. Het bevat de elementen van de aangepaste koers, waaronder een gedegen analyse van risico’s, het in kaart brengen van beelden en verwachtingen bij externe stakeholders en de verzakelijking van de vergunningverlening.

Het begin is er en de komende jaren gaan de veranderingen door, zoals zichtbaar zal zijn in volgende meerjarenplannen.

Tot slot

Digitalisering van de dienstverlening is voor de hele overheid een speerpunt. Zo ook voor de ILT. Om dit kracht bij te zetten is dit Meerjarenplan 2017-2021 online beschikbaar in een moderne, lezervriendelijke, doorklikbare versie.

Mr. J.A. van den Bos
Inspecteur-generaal Leefomgeving en Transport

Hoe dit meerjarenplan te lezen?

De parlementaire enquête over de Fyra en andere factoren zijn voor de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) aanleiding voor een bezinning op haar koers. Dit Meerjarenplan 2017-2021 beschrijft deze nieuwe koers en de grote verandering waaraan de ILT werkt. De verandering gaat de komende jaren in beslag nemen. Sterker nog, deze is al gestart.

Zo heeft de ILT haar werkwijze ten aanzien van certificerende instellingen kritisch bekeken. De ILT onderwerpt in 2017 een aantal certificerende instellingen waarop zij toezicht houdt, aan een inspectie. Daarnaast richt de ILT zich bij het toezicht niet alleen op een beoordeling op grond van de wettelijke eisen. Zij zal nadrukkelijk de maatschappelijke en publieke belangen - die de wetgeving beoogt te beschermen - bij haar beoordeling betrekken. De ILT wil vergunningen op tijd verlenen en ervoor zorgen dat deze van goede kwaliteit zijn.

De opzet van het Meerjarenplan 2017-2021 (MJP) is nieuw, vergeleken met vorige edities. Het is beknopter en gaat in op de hoofdlijnen van het werk van de ILT en met name ook op de veranderingsacties in het overgangsjaar 2017. Dit en de nieuwe vormgeving zijn erop gericht het werk van de ILT toegankelijker te maken. Het MJP verschijnt voortaan met de Prinsjesdagstukken, dus geruime tijd voordat een nieuw jaar van start gaat.  

Tegen deze achtergrond is het MJP ingedeeld in de volgende hoofdstukken.

1. De koers van de Inspectie Leefomgeving en Transport

Het veranderingsproces van de ILT zal de agenda in de komende periode nadrukkelijk blijven bepalen. Daarom heeft de ILT voor dit traject een programma ingericht, “Koers ILT 2021”. De aanleiding voor de verandering en de aanpak staan beschreven in dit hoofdstuk.

2. Maatschappelijke thema’s

De regelgeving die relevant is voor de ILT is omvangrijk, complex en gedetailleerd. Dit hoofdstuk beschrijft thema-gewijs een aantal toezichtactiviteiten van de ILT. Het is niet bedoeld  om een volledig beeld te schetsen van alle taken van de ILT, maar het laat wel met aansprekende voorbeelden zien voor welke vraagstukken de ILT staat. Het onderstreept de zorgvuldige keuzes die nodig zijn voor de inzet van de beschikbare capaciteit.

3. Nieuw tarievenstelsel en betere dienstverlening

Er treedt een nieuw tarievenstelsel in werking voor alle vergunningen die de ILT en Kiwa aan de transportsector verstrekken. Dat is voorzien voor 1 januari 2017. De herziening van het tarievenstelsel draagt bij aan de transparantie en de efficiëntie ervan. Het kabinetsbeleid gaat uit van kostendekkende tarieven. De tarieven van de ILT zijn dit nog niet. Voor het traject naar (in beginsel volledige) kostendekkendheid werkt zij voorstellen uit.

4. Vakmanschap en bedrijfsvoering

Goed opgeleide en betrokken inspecteurs, adviseurs en managers zijn een voorwaarde voor een inspectie met maatschappelijk gezag en effect. De context van de ILT wordt ingewikkelder, internationaler en digitaler. Dit vraagt om ILT-medewerkers die daar oog voor hebben en om kunnen gaan met nieuwe technologie en die kennis hebben van nieuwe vormen van toezicht.

5. Productieplanning

Het vorige MJP (2016-2020) bevatte de planning van de productie van de ILT verdeeld over de diverse werkvelden, inclusief uitgebreide beschrijvingen. Dat is anders in dit MJP. Hierin staan globale toelichtingen op de werkvelden, met een geactualiseerd beeld van de ingezette instrumenten en de productie op hoofdlijnen.

Dit hoofdstuk laat nog geen grote wijzigingen zien in de productie en de inzet voor de komende jaren. Daarvoor is het te vroeg. Wel zorgen de al ingezette verbeteringen naar aanleiding van de parlementaire enquête over de Fyra nu al voor aanpassingen in de manier van werken.

Aan de hand van de “Koers ILT 2021”, waarvan een risico-analyse onderdeel is, worden werkprocessen verder aangepast. Dat wordt zichtbaar in de productiecijfers van de komende jaren.  

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

1 DE KOERS VAN DE INSPECTIE LEEFOMGEVING EN TRANSPORT

Koers

De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) ziet toe op de naleving van een breed scala van wetten en regels door zeer uiteenlopende doelgroepen. Met haar werk aan een duurzame en veilige leefomgeving, aan veilig transport en aan het vertrouwen in de woningcorporaties dient de ILT het publieke belang en de internationale economische positie van Nederland. Daarmee staat de ILT midden in de samenleving.

Aanleiding voor bezinning op de koers

De parlementaire enquête over de Fyra en andere ontwikkelingen zijn voor de ILT aanleiding voor een bezinning op haar koers. Naast de lessen uit de genoemde enquête zijn er inhoudelijke eisen aan het inspectiewerk. Daarbij komt een voortdurend veranderende omgeving en context, onder meer door technologische en maatschappelijke ontwikkelingen.

Dit vraagt om een ILT die voldoende robuust is om de haar toegewezen taken uit te voeren en  tegelijkertijd flexibel genoeg om veranderingen het hoofd te kunnen bieden.

Er zijn nog andere factoren die een nieuwe koers nodig maken. Dat zijn de vragen van de Tweede Kamer over de capaciteit van de ILT, de (politieke) eis dat de zorg voor het publieke belang beter verankerd wordt in het toezicht en de veelheid en diversiteit van taken van de ILT.

Kortom, het is noodzakelijk dat de ILT een stap voorwaarts zet en haar taken en de organisatie opnieuw beziet in het licht van een veranderende omgeving.

De Tweede Kamer heeft de regering verzocht het Meerjarenplan 2016–2020 aan te vullen met de implementatie van de organisatiebrede veranderingen en de koerswijziging zoals door de enquêtecommissie Fyra is aanbevolen1. In dit MJP gaat de ILT in op de inmiddels ingezette en komende veranderingen die dit met zich meebrengt.

1. Motie Van Helvert – 33678 nr 28

4 noties liggen in het bijzonder ten grondslag aan de ontwikkeling van de ILT-koers:

  • Van een inspectie mag men verwachten dat deze haar schaarse middelen vooral daar inzet waar de risico’s voor de samenleving het grootst zijn en waar haar optreden van de inspectie het meest effect zal hebben.
  • Het handelen (en nalaten) van de ILT zal meer dan nu risico- en datagestuurd moeten zijn. Daarvoor is van belang dat de ILT transparant is over haar resultaten om zo verantwoording te kunnen afleggen en meer zicht te bieden op de effecten van haar inzet.
  • De ILT zal invulling moeten kunnen geven aan haar reflectieve en signalerende functie en goed in verbinding moeten staan met de departementen waarvoor ze haar taken uitvoert.
  • Ten slotte stelt de noodzaak tot verzakelijkte vergunningverlening eisen aan de wijze waarop de ILT werkt en ingericht is. Daarmee wil de ILT ook kunnen voldoen aan het kabinetsbeleid van in beginsel kostendekkende tarieven, mede te bereiken door verbetering van de efficiency.

Wat gaat de ILT doen?

Een andere invulling van de taken is niet van de ene op de andere dag een feit. Het vraagt een andere manier van werken binnen alle lagen van de organisatie. De ILT is begonnen met een transitie die de agenda in de komende periode nadrukkelijk zal blijven bepalen. De ILT sluit daarmee aan bij het programma “Koers IenM”. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM), waarvan de inspectie onderdeel is, verwoordt daarin de ambities voor 2030. De ILT heeft een speciaal programma ingericht, “Koers ILT 2021”.

Onder de vlag van “Koers ILT 2021” werkt de ILT verschillende elementen nader uit, waaronder:

De ILT-brede risicoanalyse die in ontwikkeling is.

Deze sluit aan op de wens om vooral daar actief te zijn waar de risico’s voor het publieke belang het grootst zijn. Zie kader.

Een ander perspectief op het inspectiewerk: oog voor het publieke belang.

In de huidige tijd kan een inspectie zich niet beperken tot het toezien op naleving van de wet- en regelgeving. Dat is voor de ILT een van de belangrijkste lessen uit de Fyra-enquête. De ILT moet zich voortdurend bewust zijn van het belang dat de wet beoogt te beschermen, en van de maatschappelijke impact. De ILT baseert zich niet meer uitsluitend op naleving van wet- en regelgeving, maar betrekt ook andere maatschappelijke waarden en het publieke belang nadrukkelijk bij haar oordeels- en besluitvorming. Uiteraard blijft de ILT wel handelen vanuit een juridische grondslag.

Verzakelijking van de vergunningverlening.

De samenleving vraagt voor de verlening van vergunningen een dienstverlenende ILT die haar middelen efficiënt en effectief inzet, daarover transparant is en zich zo kan verantwoorden voor de hoogte van tarieven. Zie kader.

Overige lessen uit de Fyra-enquête: er is een andere aanpak nodig voor vergunningverlening en certificering.

Vergunningverleners en handhavers houden ruimte voor inhoudelijke verbinding en informatiedeling zodat zij signalen kunnen uitwisselen en benutten. Zonder daarbij de rolvastheid uit het oog te verliezen. Zeker bij complexe vergunningen werkt de ILT altijd met het vier-ogen-principe en is het management direct betrokken. Daarbij zijn wet- en regelgeving niet uitsluitend leidend maar baseert een inspecteur zijn besluitvorming ook op zijn professioneel oordeel over het technische systeem, op de situatie en ook op ‘weak signals’. Bij dat laatste gaat het om een meer gevoelsmatige beoordeling van een situatie en van omstandigheden.
De inspectie blijft werken vanuit het principe ‘vertrouwen tenzij’. Dit past ook bij het uitgangspunt dat de verantwoordelijkheid voor naleving ligt bij de ondernemer of de directie van een organisatie. Maar dat vertrouwen is geen blind vertrouwen. De ILT baseert haar vertrouwen op feiten. Ook blijft de ILT doorlopend toetsen of dat vertrouwen gerechtvaardigd is. Daarom geeft de ILT invulling aan de gevraagde, meer kritische opstelling gedurende het toelatingsproces voor zover certificerende instellingen dat uitvoeren. Dit betekent meer betrokkenheid van de ILT bij certificeringprocessen: zij beoordeelt niet alleen op basis van papier maar toetst ook in de praktijk van de uitvoering.

Openbaarheid.

De ILT streeft naar grotere zichtbaarheid in de buitenwereld. Zij gaat meer zicht geven op resultaten van en bevindingen uit het toezicht en werken vanuit het uitgangspunt dat inspectiegegevens in principe openbaar zijn. Met publicatie van inspectiegegevens toont de ILT aan publiek en politiek wat zij bijdraagt aan het maatschappelijk belang en bevordert ze tegelijkertijd de naleving. De rapportages helpen bij het maken van scherpere keuzes voor risicogestuurd toezicht en handhaving. Daarmee geeft de ILT ook vorm en inhoud aan de kabinetsreactie (2014) op de WRR-rapporten ‘Toezien op publieke belangen’ en ‘Van tweeluik naar driehoeken’.

Verantwoording inzet toezicht en zicht op inspectieresultaten.

De ILT moet haar toezicht inzetten daar waar de risico’s het grootst zijn en het optreden het meest effect oplevert. Een beter inzicht in de inspectieresultaten is daarvoor een eis. De ILT is dan beter in staat om signalen af te geven aan beleidsmakers en kan verantwoording afleggen over haar handelen.

Zoals aangegeven, het inspectiewerk moet aan een aantal inhoudelijke eisen voldoen. Daarbij komt de hoge dynamiek in de omgeving van de inspectie. De technologie ontwikkelt zich snel en vraagt andere dingen van een inspectie. Deze technologie biedt ook nieuwe kansen.

De buitenwereld heeft invloed op de inhoudelijke opgave van de ILT. Daarom gaat de ILT bij externe stakeholders – uit beleid, politiek, bedrijfsleven, wetenschap en het maatschappelijk werkveld – beelden en verwachtingen inventariseren, in de vorm van een SWOT-analyse.

De genoemde inhoudelijke eisen in combinatie met de resultaten van de SWOT-analyse geven inzichten op basis waarvan de ILT haar inhoudelijke veranderopgave vaststelt, met daarin de uitwerking van de nodige vragen.  De antwoorden daarop geven richting aan de verdere ontwikkeling van die veranderopgave. Kernwoorden daarbij zijn: wendbaar, resultaatgericht, zakelijk en omgevingsbewust.

Diversiteit takenpakket ILT

De ILT is ontstaan door het samengaan van het ministerie van Verkeer en Waterstaat en het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). Zij is te beschouwen als een fusiedienst van fusiediensten: zowel de voormalige Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) als de VROM-inspectie was zelf het product van een of meerdere fusies5. In 2015 is de ILT opnieuw gefuseerd, ditmaal met het voormalig Centraal Fonds Volkshuisvesting. Dat is samen met onderdelen van de ILT de Autoriteit woningcorporaties gaan vormen. Als gevolg van de fusies waren uniformering en professionalisering in de jaren 2011-2015 de belangrijkste programma’s binnen de ILT en daarmee grotendeels bepalend voor haar koers.

Deze ontstaansgeschiedenis verklaart de breedte van het takenpakket van de ILT. De regelgeving waarop de ILT toezicht houdt, is omvangrijk, complex en gedetailleerd. De diversiteit van taken en de soorten toezicht en de aard van de regelgeving hebben vanzelfsprekend effect op het verandertraject.

Het volgende hoofdstuk illustreert de breedte van het taakveld van de ILT aan de hand van concrete voorbeelden. Deze zijn representatief voor de verbindende thema’s in het werk van de inspectiedienst.

5. De IVW werd in 2001 gevormd uit de Rijksverkeersinspectie, de Scheepvaartinspectie, de Nederlandse Luchtvaartautoriteit, de Handhavingsdienst Luchtvaart en de Rijksdienst voor Radiocommunicatie. In 2003 werd ook divisie Rail toegevoegd. In 2002 werd de VROM-inspectie gevormd door het samengaan van de Inspecties Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne, de VROM-IOD en de Kernfysische Dienst.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2 Maatschappelijke thema's

Maatschappelijke thema's

Veiligheid, duurzaamheid, een gelijk speelveld en betrouwbaarheid zijn achterliggende doelen van de regelgeving voor industriële en transportsectoren en woningcorporaties. De ILT ziet toe op de naleving daarvan en probeert de achterliggende doelen dichterbij te brengen. Dit doet zij samen met veel andere partijen waarvan de invalshoek per onderwerp verschilt.

Dit hoofdstuk geeft per maatschappelijk thema een illustratie van onderwerpen en toezichtactiviteiten waar de ILT de komende jaren aandacht aan wil geven. Zo ontstaat een beeld van voor het bredere publiek aansprekende onderwerpen die naar verwachting de ILT zullen raken. Of het in de praktijk voor elk thema de komende jaren ook werkelijk zo ver komt, hangt onder meer af van de uitkomsten van de brede risicoanalyse die de ILT uitvoert. Deze uitkomsten worden verwerkt in het meerjarenplan 2018 en verder.
Dat betekent ook dat de inzet- en productiecijfers van 2017 nu geen grote wijzigingen bevatten ten opzichte van 2016.

De  brede risico-analyse moet inzicht bieden om keuzes te maken over de verschillende werkdomeinen van de ILT heen. In de tussentijd zet de ILT informatiegericht toezicht in om binnen die domeinen of per onderwerp de meeste capaciteit te richten op de doelgroep waar de grootste risico’s zitten.

De thema’s en voorbeelden laten zich niet één-op-één vertalen naar de productiecijfers in dit meerjarenplan. De beschrijving is vooral bedoeld om de veelzijdigheid van de ILT voor 2017 over  het voetlicht te brengen. Zoals eerder aangeduid, de ILT bestrijkt een breed palet van wetten en regels met als gevolg uiteenlopende taken en doelgroepen. Waar die grote hoeveelheid taken en onderwerpen binnen eenzelfde maatschappelijk thema is te plaatsen, kan het de ILT helpen om tussen die verschillende onderwerpen overeenkomsten te zien die kunnen leiden tot ILT-brede werkwijzen.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.1 Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Het beleid van de overheid is erop gericht dat partijen zo veel mogelijk hun verantwoordelijkheid nemen. Die kan zich ook uitstrekken tot terreinen waar voorheen overheidsregulering gebruikelijk was. Adequaat toezicht kan bijdragen aan maatschappelijk verantwoord ondernemen door ervoor te zorgen dat bedrijven voldoende oog hebben voor het publieke belang.

Dit is onder meer zichtbaar in het toezicht van de Autoriteit woningcorporaties, ondergebracht bij de ILT. De toets op de integriteit van de bestuurders van de corporaties maakt daarvan deel uit.

Maar ook in de prioritering kan de ILT er rekening mee houden dat organisaties die dat publieke belang onvoldoende voor ogen hebben, intensiever toezicht krijgen. Deze risicogestuurde aanpak wil de ILT hanteren bij de handhaving van de regelgeving voor afvalstromen. Afval kent steeds vaker een tweede leven maar milieugevaarlijk afval mag niet worden ‘weggemengd’. Samen met andere toezichthouders en brancheorganisaties probeert de ILT de goede bedrijven te belonen en handhavend op te treden bij bedrijven die het niet zo nauw nemen. Dit speelt bijvoorbeeld bij de olieketen, bij biobrandstoffen en bij covergisting. 

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.2 Ontwikkeling integraal toezicht op vervoer en milieu

Ontwikkeling integraal toezicht op vervoer en milieu

De ILT ziet toe op de naleving van regels voor zowel transport als milieu. Deze combinatie van onderwerpen biedt kansen om geïntegreerd toezicht toe te passen. Een voorbeeld is het voorkomen dan wel tegenhouden van export van stoffen uit Nederland die elders schade kunnen toebrengen aan mens en milieu. Hierbij kan gedacht worden aan de ongeoorloofde export van sloopschepen met gevaarlijke stoffen voor ontmanteling op Aziatische stranden.

Samenwerking in de keten

Door een goede samenwerking met andere instanties kan de ILT de eigen effectiviteit vergroten en lukt het regelmatig om afvalstromen te traceren en tegen te houden die anders als Westers afval in ontwikkelingslanden zouden worden gedumpt. De ILT controleert daarvoor containers in de haven, samen met onder meer Politie en Douane.

Bij het toezicht op gevaarlijke stoffen werkt de ILT volgens een ketenbenadering. Dat wil zeggen dat zij afspraken maakt met andere toezichthouders. Voorwaarde voor deze ketenbenadering, waaraan ook verscheidene onderdelen van de ILT zelf deelnemen, is een gestroomlijnde interne organisatie met een goede informatie-uitwisseling.

In sommige gevallen kan een verdere interne samenwerking effectief zijn. Zo gaat het uitvoeringsprogramma gevaarlijke stoffen uit van een integrale benadering van de doelgroep. Dit houdt in dat meerdere onderdelen van de ILT aan de hand van verschillende wetten toezien op dezelfde doelgroep. Een dergelijke doelgroepbenadering moet leiden tot minder dubbelingen in toezicht, tot minder toezichtlast voor bedrijven en tot meer effect. Vanuit die gedachte ziet de ILT toe op alle schakels in de brandstofketen, van raffinaderij en bunkerolie tot luchtemissies van zeeschepen.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.3 Voorbeeldrol voor overheden

Voorbeeldrol voor overheden

De overheid verlangt van ondernemers dat ze publieke waarden als veiligheid, duurzaamheid en betrouwbaarheid hoog in het vaandel hebben. Dat brengt de opdracht aan de overheidsinstellingen en organisaties met een publieke taak met zich mee dat zij zelf het goede voorbeeld geven. Ook de ILT heeft mogelijkheden om die voorbeeldrol te vervullen en erop te sturen. Dat kan ook in ogenschijnlijk kleine dingen zitten. Zo is digitalisering binnen de overheid een kabinetsdoelstelling. Door meer digitaal te werken is de ILT niet alleen efficiënter, maar kan ze ook het papierverbruik verminderen.

ILT zelf klantgerichter

Een belangrijke factor in de beoordeling van het publiek van overheid is de kwaliteit van de dienstverlening. De ILT wil zelf vergunningen op tijd verlenen en ervoor zorgen dat deze van goede kwaliteit zijn. Vergunningverlening is vraaggestuurd: het is van tevoren niet bekend hoeveel aanvragen er zullen komen. Het is dan belangrijk om een goede planning te maken op basis van ervaringscijfers. Correcte en tijdige verwerking van alle aanvragen is van groot belang.

De ILT zal de vergunningverlening op onderdelen meer klantgericht en eenvoudiger maken. Als dat niet voldoende helpt, mag er een verschuiving plaatsvinden van toezicht- naar vergunningcapaciteit. Dat laat eens te meer de ambitie van de ILT zien om haar voorbeeldrol waar te maken.
In het scheepvaarttoezicht wordt gewerkt aan verbetering van de registerfunctie: het proces van digitaliseren, verkorten van de doorlooptijden en verbeteren van de samenwerking met het Kadaster en Kiwa.

Het volgende hoofdstuk gaat nader in op een betere dienstverlening in relatie tot het tarievenstelsel.

Defensie en woningcorporaties

De ILT beschikt over verscheidene toezichttaken die gericht zijn op de naleving van wet- en regelgeving door andere overheidsorganisaties of organisaties met een publieke taak. Zo ziet de ILT er op toe dat het ministerie van Defensie de regels naleeft bij de eigen gebouwen en terreinen. De resultaten van inspecties en audits bij terreinen en gebouwen bespreekt de ILT met de centrale staf van dat departement met als doel dat Defensie als mederijksoverheid de verantwoordelijkheid voor de naleving beter oppakt.

De Autoriteit woningcorporaties voert sinds de nieuwe Woningwet (2015) integraal toezicht uit op de corporaties. In dit toezicht speelt governance de centrale rol.

Provinciale vergunningen

In de adviezen van de ILT op provinciale milieuvergunningen voor grote bedrijven zal meer aandacht uitgaan naar de emissies van zogenoemde zeer zorgwekkende stoffen. De noodzaak is groot, mede door de maatschappelijk geuite zorgen over de gezondheid van bewoners nabij chemische bedrijven.

Beheerders van waterkeringen

Bescherming tegen overstroming, met andere woorden hoogwaterveiligheid, is in Nederland een groot goed. Het spreekt dan ook voor zich dat de kwaliteit van de uitvoering door de verschillende overheidspartijen niets te wensen mag overlaten. Het toezicht op primaire keringen (inclusief voorliggende keringen, zoals de Maeslantkering) en regionale keringen in beheer bij Rijkswaterstaat is binnen het ministerie van IenM bij de ILT belegd. De toekenning van budgetten voor groot onderhoud van de keringen is mede afhankelijk van het oordeel van de ILT. De ILT gaat het toezicht inrichten op een nieuw normeringstelsel en nieuwe wettelijke voorschriften voor de beoordeling van de waterkeringen. Daarbij zal ook aandacht zijn voor nieuwe taken, zoals de zorgplicht van keringbeheerders.

Havens

De toezichttaken voor de havenbeveiliging zijn deels bij de ILT en deels bij de burgemeesters van havengemeenten belegd. De Europese Unie vraagt de lidstaten meer aandacht te besteden aan de uitvoering van deze taken. De ILT ziet er op toe dat de burgemeesters voldoen aan de Europese eisen en voert audits uit op de wijze waarop zij hun verantwoordelijkheid invullen.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.4 Maatschappelijke ontwikkelingen en innovaties

8. Drone

De maatschappij verandert razendsnel. Als toezichthouder - die voortdurend in contact is met veel partijen – komt de ILT  die veranderingen vaak tegen. Er ligt een opgave voor de ILT om haar expertise beschikbaar te stellen zodat in ieder geval ministeries van IenM, BZK en VenJ daar gebruik van kan maken. Maar innovaties kunnen ook iets betekenen voor de aanpak van de ILT zelf. Nieuwe ontwikkelingen kunnen vragen om een andere benadering dan de klassieke objectinspectie, ze kunnen juist ook  helpen om nieuwe toezichtvormen toe te passen.

Een vraagstuk is bijvoorbeeld de herziening van de verhouding tussen het publieke orgaan Autoriteit woningcorporaties en het private Waarborgfonds Sociale Woningbouw.
Ook overlegt de ILT, samen met de beleidsdirectie van IenM, met het Europese spoorwegbureau en de Europese Commissie over versterking van de rol van de nationale inspecties bij toelating van spoorvoertuigen. Voor het automatisch beveiligingssysteem ERTMS bouwt de ILT kennis op voor het beoordelen en toetsen van plannen voor aanpassing van spoorvoertuigen en infrastructuur. Maar de ILT bezint zich ook op de vraag wat ervoor nodig is om een toezichtrol op de Tolwet voldoende waar te kunnen maken.

Nieuwe technologie

Een bijzondere categorie wordt gevormd door de mogelijkheden die nieuwe technologieën bieden. De effecten daarvan, zoals nieuwe verdienmodellen, doen zich soms sneller voor dan dat de (Europese) wetgever het kan bijbenen. Als de regelgeving beoogt mee te bewegen en ruimte wil bieden om innovaties te faciliteren, is het van belang om na te gaan hoe het toezicht zich hierop kan aanpassen. Zo wordt bezien hoe de vergunningverlening en het toezicht op drones moeten worden ingericht, om enerzijds ontwikkelingen de ruimte te geven en anderzijds veiligheidsrisico’s zo klein mogelijk te houden. Nu zijn drones nog zichtbare objecten, maar hoe zit het met de ‘zelfbouwpakketten’ op het gebied van genetisch gemodificeerde organismen (GGO), als deze via internet worden aangeboden? Hoe zit het als deze , juist in combinatie met geavanceerde biotechnieken als  gene drives(waarbij niet meer is te traceren of het om genetische modificatie gaat),  mogelijk onbedoeld de Nederlandse biodiversiteit aantasten? De ILT wil vanuit deskundigheid en kennis van de toezichtpraktijk een bijdrage leveren in de discussie met beleid, wetenschap en uitvoeringsorganisaties. Doel: de risico’s voor de volksgezondheid en het milieu zo klein mogelijk laten zijn.

De kansen die nieuwe technieken en ontwikkelingen bieden, wil de wetgever doorgaans faciliteren, zoals bij de toepassing van digitale producten in de taxibranche of de circulaire economie. Voor de circulaire economie wordt door middel van pilots op initiatief van bedrijfsleven en overheden nagegaan onder welke voorwaarden bepaalde afvalstromen als grondstof zijn aan te merken. De ILT is bij verschillende pilots betrokken vanuit deskundigheid. Waar het bestaande systeem van regels zou moeten buigen om de verstorende effecten tot positieve ontwikkelingen te laten leiden, wil de ILT niet alleen over ‘die buiging’ meedenken, maar ook nagaan hoe het toezicht daarop valt aan te passen. Nieuwe ontwikkelingen in ICT kunnen de ILT mogelijk ook helpen om vergunningverlening en toezicht slimmer, efficiënter en beter uit te voeren.

Het is een taak van de overheid  om veiligheidsrisico’s en inbreuk op het principe van ‘level playing field’ te voorkomen en ervoor te zorgen dat organisaties en individuen zich niet bewust aan regelgeving onttrekken. Dit vraagt van de ILT dat zij samen met het beleidsonderdeel van IenM, andere onderdelen van dat ministerie en toezichtpartners afstemt hoe zij met deze snelle ontwikkelingen kunnen omgaan.

Gebruik van nieuwe technieken

Zoals in het voorbeeld van drones naar voren komt, leveren nieuwe technieken niet alleen risico’s op maar ook nieuwe mogelijkheden, bijvoorbeeld om inspecties te verbeteren.
Internet opent grenzen voor nieuwe producten op de markt en biedt ook de inspecteur kansen om zijn toezicht slimmer in te richten, degelijkere analyses te doen en gerichter te zoeken.

Nieuwe technieken worden ook gebruikt om processen eenvoudiger en gerichter (‘leaner’) te maken. De ondersteuning vanuit systemen bevordert dat de ILT flexibeler kan inspringen op maatschappelijke ontwikkelingen en dat zij het toezicht efficiënter kan uitvoeren. Dat wordt in 2017 een speerpunt. Het vereenvoudigd aanvragen van vergunningen op digitale wijze is een doelstelling voor 2018.

Omgevingswet

Ook met de invoering van de Omgevingswet zal de ILT met verdere digitalisering te maken krijgen (als vergunningverlener, handhaver en vergunningadviseur). Een belangrijk onderdeel van de Omgevingswet is het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Het DSO ondersteunt de Omgevingswet door ervoor te zorgen dat alle beschikbare informatie van  de relevante wet- en regelgeving en de gegevens van de fysieke omgevingskwaliteit ter plaatse met één klik op de kaart beschikbaar komen  en begrijpelijk zijn.  De ILT zal met haar digitale infrastructuur hierop aansluiten.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.5 Verantwoord vervoer

Verantwoord vervoer

Iedereen moet kunnen vertrouwen op een veilige infrastructuur en op veilig vervoer van personen, goederen en gevaarlijke stoffen.

Spoorwegen

Specifiek voor het spoor bereidt het ministerie van IenM zich voor op het Vierde Spoorpakket en de uitrol van ERTMS (European Rail Traffic Management System).

Wegvervoer

In het bus- en goederenvervoer ziet de ILT toe op de wettelijk bepaalde rij- en rusttijden. Een hulpmiddel daarbij is de tachograaf. Chauffeurs moeten dit apparaat in de auto hebben. Met het voorschrijven van rij- en rusttijden heeft de wetgever beoogd de veiligheid voor passagiers en weggebruikers te bevorderen. Helaas wordt er nog wel eens ‘geknoeid’ met de tachograaf om langer te kunnen doorrijden.

De boordcomputer taxi is na een lange ontwikkeltijd operationeel geworden. Daarmee kan de ILT het toezicht op het arbeidstijdenbesluit in deze branche goed invullen.

Cabotage is vervoer van goederen binnen Nederland door buitenlandse vervoerders. Dit is slechts beperkt toegestaan. Illegale cabotage op de weg lijkt vooral voor te komen in het westelijk havengebied van Rotterdam. De inspectie onderzoekt dit nader en kan hier tegen optreden.

Naast cabotage is er veel aandacht voor schijnconstructies die ook binnen de vervoerssector bestaan. In het kader van de aanpak van schijnconstructies werkt de ILT samen met de Inspectie SZW door controle van pakketdiensten en postbusondernemingen.

Luchtvaart

Bij de luchtvaartinspecties zal het accent verschuiven van ‘compliance based’ naar ‘performance based’. Slechts voldoen aan de directe eisen in de regelgeving is dan niet langer voldoende. De onder toezicht staande organisatie of persoon moet  ook in z’n algemeenheid laten zien dat de (vlieg)veiligheid in goede handen is en blijft.

In lijn met de lessen uit het Fyra-debat zal er bij het toezicht op de naleving van de luchtvaartwetgeving nog meer aandacht komen voor het achterliggende (veiligheids)doel.

Een taak van de ILT is het verlenen van erkenningen aan instellingen die piloten medisch keuren. In de luchtvaart moeten passagiers erop kunnen vertrouwen dat de medische keuring van piloten volwaardig en betrouwbaar is.

Scheepvaart

In het scheepvaarttoezicht is het toezicht op een veilig personenvervoer een belangrijk onderwerp. Daarnaast wil de ILT de registerfunctie voor de scheepvaart verder verbeteren.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.6 Markttoezicht

Markttoezicht

De Europese Unie wil de interne markt zodanig reguleren dat aan de buitengrenzen alleen duurzame, gezonde en veilige producten worden toegelaten.

Nederland, met internationale havens en luchthavens, moet die buitengrens bewaken.
Naast de reguliere controles en afspraken met bijvoorbeeld de Douane wil de ILT meer inzicht krijgen in en toezicht houden op de handel van gevaarlijke stoffen die via alternatieve routes of met andere transportmiddelen worden vervoerd.

Ook valse concurrentie en staatssteun probeert Nederland in EU-verband tegen te gaan. De scheiding van ‘DAEB/niet-DAEB’ door de woningcorporaties is daar een voorbeeld van. De Autoriteit woningcorporaties gaat erop toezien dat woningcorporaties zich beter concentreren op hun diensten van algemeen economisch belang (DAEB).

Internet

De handel via internet groeit dagelijks. De mogelijkheden om te interveniëren bij de internetbedrijven zelf, zijn voor de ILT nog beperkt. Zij benut de huidige mogelijkheden en leert van positieve ervaringen. Verder onderzoekt zij hoe de middelen en bevoegdheden uitgebreid kunnen worden.

De producten die via internet worden besteld, komen ergens Nederland binnen. Daarom wil de ILT behalve met de Douane ook samenwerken met postdistributiebedrijven. Dit is niet alleen relevant voor vuurwerk, ontplofbare stoffen en biociden, maar zou dat ook kunnen zijn voor het toezicht op de eerder genoemde GGO-zelfbouwpakketten. De regelgeving op deze onderwerpen is nieuw of in ontwikkeling en het scala aan doelgroepen is groot, dynamisch en diffuus.

Internet biedt natuurlijk ook voordelen. Het bevat enorm veel informatie. Een goede analyse van de informatie kan de ILT helpen om met informatiegericht toezicht de effectiviteit en efficiëntie van haar toezicht te vergroten.

REACH: chemische stoffen

De ILT heeft tot taak om toe te zien op de productie en het gebruik van chemische stoffen en de naleving van regels voor REACH (Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemische stoffen). Daarbij werkt de ILT samen met de NVWA en de Inspectie SZW. Het opstellen en het gebruik van adequate veiligheidsinformatiebladen vormen bij het toezicht op chemische stoffen voor de ILT een belangrijk aandachtspunt. Daarnaast gaat in het bijzonder de aandacht uit naar producten die worden vervaardigd in de brandstofketen. Dit in combinatie met controles op de naleving van de regels voor afvalstoffen en scheepsbrandstoffen. 

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.7 Toezicht op keuringsinstanties

Toezicht op keuringsinstanties

De overheid maakt gebruik van deskundigheid die bij de markt beschikbaar is. Op die manier vervullen sommige keuringsinstanties een publieke taak.

Uit het debat over de Fyra kwam naar voren dat de ILT haar werkwijze ten aanzien van keuringsinstanties kritisch moet bezien. Daarbij houdt de ILT er rekening mee dat Europese eisen niet altijd overeenkomen met de Nederlandse wensen.

De verhouding van de ILT tot keuringsinstanties is divers. Er zijn instanties die door de ILT moeten worden erkend, instanties die namens de ILT certificeren en certificerende bedrijven waar de ILT op toeziet.

Keuringsinstanties en certificaten spelen een rol bij bijvoorbeeld het toezicht op het vervoer van gevaarlijke stoffen, de scheepvaart, bodemverontreiniging en de energielabels.

Klassenbureaus

Klassenbureaus in de scheepvaart zijn wereldwijd werkende organisaties die namens een overheid (ook de Nederlandse) op basis van een contract met die overheid scheepskeuringen doen en certificaten afgeven voor schepen onder Nederlandse vlag.
Het is de taak van de ILT om erop toe te zien dat de klassenbureaus hun taken conform hun contract met de Nederlandse overheid en nationale en internationale eisen uitvoeren. De ILT maakt daarbij ook gebruik van beschikbare gegevens over de prestaties van deze organisaties van andere EU-lidstaten en de European Maritime Safety Agency.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.8 Consumentenbelangen

Passagiersrechten

Inwoners van Nederland

De ILT heeft niet alleen taken en bevoegdheden die zich richten op bedrijven, overheden en instellingen. Ook consumenten kunnen een in de regelgeving beschreven doelgroep van de ILT zijn. In toenemende mate heeft de ILT te maken met ‘de burger’. Deze heeft nu eens de rol van melder of van belanghebbende, dan weer die van omwonende of van consument.

Iedereen kan bij het Meld- en Informatiecentrum van de ILT vragen stellen over regels of misstanden die de leefomgeving en het transport betreffen. De analysekwaliteit van incidentenonderzoek verbetert naarmate het aantal meldingen van incidenten stijgt. De ILT is bevoegd tot toezicht op de naleving van passagiersrechten in de lucht, op de weg en op het water. Van een heel andere orde is dan weer het toezicht op de veiligheid van consumentenvuurwerk. Maar ook de hiervoor geldende regelgeving heeft uiteindelijk als doel om de veiligheid voor consumenten in Nederland te bevorderen.

Communicatie met consumenten

De communicatie met consumenten vraagt in een aantal opzichten om een andere aanpak. Voor bedrijven is een formele, zakelijke, soms strenge toon vanzelfsprekender dan voor een consument. Zo kan de toonzetting bij een eerste waarschuwing duidelijk, maar nog steeds klantvriendelijk zijn.

Door het gebruik van (social)media is minder formeel taalgebruik ook gebruikelijker geworden.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

2.9 De ILT doet het niet alleen

Samenwerking

De ILT onderschrijft dat samenwerking belangrijk is om de naleving te bevorderen. Samenwerking maakt namelijk een meer omvattende aanpak mogelijk. Daarmee is het mogelijk dat ‘het net zich sluit’ om bedrijven die zich niet aan de wet willen houden. Daarnaast past het bij het rijksthema ‘Meer effect, minder last’ om door betere samenwerking de toezichtlast te verminderen. Hiervoor is interne afstemming nodig binnen de ILT en tussen de ILT en andere diensten, zoals de Belastingdienst, de Douane, de Politie, de NVWA en Rijkswaterstaat. Bij het toezicht op de vervoerswetgeving werkt de ILT ook samen met de Koninklijke Marechaussee en bij het toezicht op gevaarlijke stoffen met  een onderdeel daarvan, het Korps Militaire Controleurs Gevaarlijke Stoffen.

Voor de uitwisseling en het delen van gegevens bestaat er een systeem als Inspectieview van de Inspectieraad (het samenwerkingsverband van rijksinspecties). Toezichthouders maken waar mogelijk gebruik van elkaars risico-analyses en risicoprofielen. De inzet is om controles zo veel mogelijk te concentreren op één moment in het logistieke bedrijfsproces, zodat dat proces niet méér gehinderd wordt dan noodzakelijk.

Rijksinspecties

De ILT geeft in lijn met het kabinetsbeleid ten aanzien van de organisatie en het functioneren van de rijksinspecties invulling aan de beleidskeuzes van het kabinet. De ILT is:

  • dichtbij de beleidskernen en de verschillende werkvelden gepositioneerd;
  • neemt daarbij een onafhankelijke positie ten opzichte van de beleidsdepartementen in;
  • en werkt - door gerichte samenwerking met andere rijksinspecties - alsof er één rijksinspectie is.

Opsporing

Naast de samenwerking in het toezicht bestaat er samenwerking bij de opsporing van zware georganiseerde milieucriminaliteit en fraude bij woningcorporaties. Daarvoor beschikt de ILT over een eigen Inlichtingen- en Opsporingsdienst (IOD). Deze richt zich vooral op bedrijven en personen die de regelgeving op het gebied van milieu, transport en wonen stelselmatig en op een ernstige manier overtreden. Samenwerking met de toezichtonderdelen van de ILT, met andere bijzondere opsporingsdiensten, het Functioneel Parket en tal van andere partners worden steeds effectiever. De IOD wil een bijdrage leveren aan het afpakken van crimineel vermogen.

Structureel en notoir overtredende bedrijven in de sectoren rail, bus, taxi, goederenvervoer en transport gevaarlijke stoffen worden samen met onder meer Belastingdienst, Politie, FIOD, RDW, de Douane en de Koninklijke Marechaussee met zware handhavingsinstrumenten uit de markt gehaald. Het OM regisseert een gezamenlijke aanpak voor bedrijven die structureel of planmatig wet- en regelgeving overtreden.

Brancheverenigingen en sectoren

Brancheverenigingen zijn vaak nuttige organisaties voor informatie van de ILT. Zij hebben zelf belang bij goede ‘nalevers’ onder hun leden. En het verbeteren van de naleving is ook wat de ILT met haar toezicht wil bereiken. Met een goede samenwerking kunnen deze partijen elkaar versterken.

Samenwerking in het toezicht op asbest

Ondanks een totaalverbod op nieuwe toepassing in Nederland is asbest nog altijd op veel plaatsen in de samenleving aanwezig. Het toezicht op juiste verwerking is verdeeld over verschillende overheidsinstanties, waaronder de ILT. Een van de taken van de ILT is het toezicht op asbestwegen en industriële toepassing.

Samenwerking in de luchtverkeersdienstverlening

Nederland werkt met een aantal andere Europese landen samen aan een internationaal gedeeld luchtruim die een grotere vluchtefficiëntie nastreeft en vertragingen in het vliegverkeer wil terug brengen. Moderne, veilige en betrouwbare technieken kunnen helpen om de versnippering van systemen en operationele procedures te verminderen. De ILT vervult hierin de rol van National Supervisory Authority.

Samenwerking in het toezicht op de scheepvaart

Diverse organisaties zijn betrokken bij het toezicht op de binnenwateren en in de zeehavens. Deze leggen afspraken over speerpunten vast in een jaarlijks Toezichtplan Veilig Vervoer over Water. De ILT initieert het overleg en werkt hierin samen met de Douane, de Havenbedrijven Amsterdam en Rotterdam, de Inspectie SZW, de Koninklijke Marechaussee, de Kustwacht, de Politie, de NVWA, het OM en Rijkswaterstaat.

Internationaal

Zowel in Europees als in mondiaal verband werkt de ILT veelvuldig samen met toezichthouders uit andere landen. Tegelijkertijd zijn er veel internationale regels die bijvoorbeeld een vaste controlefrequentie voorschrijven. Die beperken de ILT soms om zelf keuzes te maken op basis van de grootste risico’s.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

3 NIEUW TARIEVENSTELSEL EN BETERE DIENSTVERLENING

Nieuw tarievenstelsel en betere dienstverlening

De ILT staat voor efficiënte dienstverlening ter bevordering van het naleefgedrag van wet- en regelgeving. Zij geeft voorlichting en verstrekt informatie. Ook maakt zij het de organisaties waarop zij toezicht houdt gemakkelijker om hun verplichtingen na te komen. Dat doet zij door aanvraag- en informatieprocessen te digitaliseren, formulieren te vereenvoudigen en te zorgen voor een goede klachtenregeling. Daarnaast behoort de afhandeling van meldingen over bijvoorbeeld legionella, vuurwerk en transporten van gevaarlijke stoffen tot de diensten van de inspectie.

De website van de ILT vervult een sleutelrol in de dienstverlening. Net als het Meld- en Informatiecentrum (MIC), dat vragen en meldingen van bedrijven, burgers en collega-handhavers behandelt. Het MIC is de enige klantingang van de ILT, vanwaar de instroom en doorstroom van vragen, meldingen of klachten wordt gecoördineerd. Waar nodig stuurt het bij door aanpassing van de informatievoorziening, in persoonlijk contact en via digitale kanalen.

Herziening tarievensysteem

Om bepaalde risicovolle activiteiten te ondernemen, moet soms aan wettelijke eisen worden voldaan. Bedrijven die aan die eisen voldoen, verleent de ILT vergunning(en) of certificaten. De wetgever verbindt op die manier specifieke eisen aan marktordeningsprincipes: zonder vergunning mag een bedrijf niet handelen.

Per 1 januari 2017 is de inwerkingtreding voorzien van het nieuwe tarievenstelsel voor alle vergunningen die de ILT en Kiwa aan de transportsector verstrekken. De herziening draagt bij aan de transparantie en de efficiëntie van het tarievenstelsel. Het aantal tarieven wordt beperkt tot 7 vaste tarieven per sector. Voor zeer grote aanvragen zal de ILT een uurtarief in rekening brengen. In die gevallen brengt zij voor de start van de behandeling van een aanvraag een offerte uit.

Het kabinetsbeleid gaat uit van kostendekkende tarieven. De tarieven van de ILT zijn dit nog niet. Voor het traject naar (in beginsel volledige) kostendekkendheid werkt zij voorstellen uit. De ILT gaat jaarlijks inzichtelijk maken welk deel van de kosten door de tarieven wordt gedekt. Daarmee zal zij ook zichtbaar maken hoe de productiviteit van de vergunningverlening zich bij de ILT ontwikkelt.

Bij de consultatie over het nieuwe stelsel gaven de bedrijfssectoren aan dat zij het huidige kostenniveau te hoog vinden. De ILT ziet mogelijkheden om de administratieve kosten op termijn terug te dringen, onder meer door verder te investeren in automatisering. Daarmee verbetert tegelijk de dienstverlening aan de vergunningaanvragers. Een plan van aanpak bespreekt de ILT met de sectoren.

Transactieportal

De ILT verbetert haar digitale dienstverlening verder, in lijn met rijksbrede ontwikkelingen. Naast een plan voor de doorontwikkeling van de website is er een social mediastrategie. Een vernieuwde  website zal de informatie meer vraaggericht ontsluiten. Bedrijven en burgers krijgen voor een groot aantal onderwerpen de mogelijkheid om hun melding of vergunningaanvraag ook langs digitale weg bij de ILT in te dienen. Daarvoor ontwikkelt de ILT een transactieportal dat via de website toegankelijk wordt.

Het is van belang dat de ILT aansluiting vindt en houdt bij de verdergaande digitalisering en verwachtingen die leven in de maatschappij. Om die reden zet de ILT in de communicatie via de website, e-mail en social media steeds vaker beeldtaal in, zoals infographics, animaties en video’s.

Openheid

Openheid betekent dat de ILT helder is over haar visie, taakopvatting en werkwijze. Een proactief uitgedragen duidelijk profiel, zichtbaar en herkenbaar bij stakeholders en publiek - met voorbeelden uit de dagelijkse praktijk - is erop gericht het vertrouwen in de ILT te vergroten. Stakeholders weten zo met wie ze te maken hebben en wat ze kunnen verwachten.

Organisaties en publiek verwachten meer openheid en ook de bereidheid om fouten toe te geven. Dat kan begrip kweken en incidenten in een bredere context van een deskundige en effectief opererende ILT plaatsen.

De Fyra-enquête heeft geleerd dat het handelen van de ILT beter moet en kan. Tegelijkertijd is er meer dan de bevindingen uit het Fyra-dossier. Ook dat mag zichtbaar en herkenbaar zijn, zodat er een duidelijker beeld ontstaat van waar de ILT voor staat en gaat. En ook een duidelijker beeld van wat niet tot haar opdracht behoort.

Open(bare) data

Een open democratie vraagt van de overheid, dus ook van de ILT, dat zij gegevens die daarvoor geschikt zijn openbaar maakt en online publiceert. De ILT doet dat nu nog in beperkte mate, met bijvoorbeeld het luchtvaartuigenregister en het bareboat-register.

De ILT heeft een visie ontwikkeld voor verdere openbaarheid van inspectiegegevens onder het motto ’Openbaar, tenzij’. Gelet op de zorgvuldigheid die dat verlangt werkt de ILT dit in een implementatietraject verder uit. Dat kan de ILT niet alleen, daarom betrekken we ook andere onderdelen van het ministerie van IenM.
De ILT sluit hierbij aan bij de rijksbrede ontwikkeling. Open(bare) data maken het werk van de ILT meer inzichtelijk en ook bruikbaar voor derden.

Data woningcorporaties

Sinds 2016 zijn toezichtgegevens die woningcorporaties aanleveren gedeeltelijk openbaar. De ILT (Corpodata) publiceert een deel van de data van de verplichte verantwoording- en prognose-informatie op data.overheid.nl. Dit is in overeenstemming met het beleid om informatie  (open data) beschikbaar te stellen en zo de transparantie in de corporatiesector te stimuleren. Het gaat bijvoorbeeld om informatie over de samenstelling van het vastgoed, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht. Het principe dat bij het publiceren wordt gehanteerd is ‘openbaar tenzij’. Een deel van de informatie bestaat uit persoonsgegevens en gegevens die bedrijfsvertrouwelijk zijn.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

4 Vakmanschap en bedrijfsvoering

Vakmanschap

Goed opgeleide en betrokken inspecteurs, adviseurs en managers zijn een voorwaarde voor een inspectie met maatschappelijk gezag en effect. Dit gegeven is voor de ILT leidend bij zowel de werving van nieuwe medewerkers als de ontwikkeling van huidige medewerkers.

De maatschappelijke context van de ILT wordt ingewikkelder, internationaler en digitaler. Dit vraagt om ILT-medewerkers die oog hebben voor risico’s, om kunnen gaan met nieuwe technologie en kennis hebben van nieuwe vormen van toezicht.

Vakmanschap ontwikkelen

De inspectie zet stevig in op vakmanschap, duurzame inzetbaarheid, leiderschap en het investeren in ontwikkeling. ILT-inspecteurs zijn niet alleen gericht op de naleving van de regelgeving, maar hebben het maatschappelijk belang voor ogen. De ILT wil de flexibiliteit van de medewerkers vergroten, zodat de ILT wendbaar is en kan inspelen op veranderende risico’s.

In het personeelsbeleid volgt de inspectie de rijksbrede kaders, waarin de gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer centraal staat. Het spreekt voor zich dat de ILT structureel aandacht heeft voor gezond en veilig werken.

Personele omvang

Het aantal fte’s van de ILT blijft vooralsnog vrijwel gelijk. De uitkomsten van de eerder genoemde ILT-brede risicoanalyse kunnen aanleiding vormen om vanaf 2018 wijzigingen aan te brengen in de capaciteitsinzet.

Daarnaast zal de komende 5 jaar meer dan 10% van de medewerkers uitstromen omdat zij de pensioengerechtigde leeftijd bereiken. De ILT beziet welke kennis, kunde en vaardigheden zij bij het aantrekken van nieuwe medewerkers wil toevoegen aan de organisatie.

Personele kosten

Kosten personeel
2018 2019 2020 2021 2022
Aantal fte's 1.121 1.113 1.113 1.113 1.113
Eigen personeelskosten (maal €1.000) 96.825 95.819 95.682 95.642 95.642
Externe inhuur (maal €1.000) 3.500 3.102 3.102 3.102 3.102

Verzuim terugdringen

Het is een prioriteit van de ILT om het langdurig verzuim terug te dringen. Daarbij ligt het accent op preventie, snelle re-integratie en een goede samenwerking tussen partijen in de verzuimketen. Alle managers van de ILT gaan een verzuimtraining volgen. Zij besteden in de personeelsgesprekken structureel aandacht aan de balans in het werk en de medeverantwoordelijkheid van de medewerkers om tijdig signalen af te geven bij dreigende disbalans. Verder is er extra aandacht voor de geschiktheid en vereiste competenties bij de selectie van nieuwe medewerkers én bij de interne mobiliteit van ILT-medewerkers.

Informatievoorziening

De ILT is bezig de informatiehuishouding aanzienlijk te verbeteren. Alleen als de inspectie kan beschikken over juiste gegevens en een betrouwbare informatievoorziening kan zij haar taken effectief en efficiënt uitvoeren. Hierbij wordt gestreefd naar een balans tussen het in stand houden van wat voor het dagelijks werk nodig is in het ICT-landschap en het afbouwen van wat daarin vervangen kan worden. Daardoor moet het ICT-landschap meer uniform worden.

Daarnaast verbetert de ILT de kwaliteit en de resultaatgerichtheid van de uitvoering van de ICT-projecten (BIT-regels). Dat doet zij naar aanleiding van het rapport ‘Grip op ICT’ van de Commissie Elias.

De bedrijfsprocessen van de ILT worden uniform en meer informatiegedreven, daarom werkt de inspectiedienst er voortdurend aan om data eenduidig en betrouwbaar te krijgen en ze zo te houden. De gegevens moeten voldoen aan de wettelijke verplichtingen, bijvoorbeeld voor I&M-registers en koppelingen met basisregistraties als GBA, NHR, BAG en de BRV. Dat is nodig om een goede ontsluiting en uitwisseling mogelijk te maken.

Financiën

2017 2018 2019 2020 2021

Staat van baten en lasten / Bedragen (x € 1.000)

BATEN

Omzet IenM

121.749 118.950 118.982 118.984 118.997

Omzet overige
departementen

375 375 375 375 375

Omzet derden

23.566 21.792 22.139 22.186 22.186

Rentebaten

50 50 50 50 50
Totaal baten 145.740 141.167 141.546 141.595 141.608
LASTEN

Apparaats-
kosten

143.541 139.478 140.307 140.806 141.269

*Personele
kosten

100.525 99.121 98.984 98.944 98.944

Waarvan eigen
personeel

96.825 95.819 95.682 95.642 95.642

Waarvan
externe

inhuur

3.500 3.102 3.102 3.102 3.102

Waarvan
overige
personele
kosten

200 200 200 200 200

*Materiele
kosten

43.016 40.357 41.323 41.862 42.325

Waarvan
apparaat ICT

200

200

200

200

200

Waarvan
bijdrageaan
SSO's

12.666

12.660

12.560

12.560

12.560

Waarvan
overige
materiële
kosten

30.150 27.497 28.563 29.102 29.565

Afschrijvings-
kosten

2.099

1.589

1.139

689

239

Overige kosten

100

100

100

100

100

Donaties
voorzieningen

100 100 100 100 100
Totaal kosten 145.740 141.167 141.546 141.595 141.608
Saldo van
baten en lasten
0 0 0 0 0

Bedrijfsvoering

De bedrijfsvoeringactiviteiten vinden als gevolg van rijksbrede ontwikkelingen steeds meer buiten de inspectie plaats. De trend is dat de ILT, met name de directie Bedrijfsvoering, de regie voert op overeenkomsten met shared-services-organisaties (SSO's). Zij zorgt voor een goede vertaling van haar wensen. Daarmee waarborgt de inspectie de sturing en de beheersing van de primaire en de ondersteunende bedrijfsprocessen om de beleids- en uitvoeringsdoelstellingen van de ILT te realiseren.  

Verantwoording

In het werkveld van de ILT is er sprake van veranderende omstandigheden en verwachtingen, zoals ten aanzien van verantwoording en dienstverlening. Daarom  is het noodzakelijk dat de ILT kritisch kijkt naar de benodigde bedrijfsvoeringproducten. Zo is de ILT gestart met een doorlichting van alle bedrijfsvoeringproducten en de daarbij behorende processen. Deze doorlichting verloopt in meerdere fasen waarbij de prioriteiten met behulp van risicomanagement worden bepaald. De ILT wil een organisatie zijn die leert en steeds beter wordt. De aandacht gaat daarbij vooral uit naar een effectieve interne en externe sturing en verantwoording, versterking van de interne PDCA-cyclus (Plan, Do, Check, Act) en meer efficiency.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5 Productieplanning

De ILT houdt, zoals eerder aangegeven, bij de uitvoering van haar wettelijke taak als onafhankelijk toezichthouder het  publieke belang voor ogen. Daarvoor neemt zij  als vergunningverlener en als onafhankelijk handhaver  met een brede en kritische blik informatie tot zich en betrekt zij deze bij de oordeelsvorming . Daarbij gaat zij risicogericht te werk, dat wil zeggen dat de intensiteit van de inzet afhangt van (signalen over) potentiële risico’s.

Daarom heeft de ILT een nalevings- en risicoselectiesysteem dat zij de komende jaren verder ontwikkelt. Objectinspecties, administratiecontroles, digitale inspecties en audits vormen het instrumentarium. Waar ‘permanente verbetering’ een vereiste is, houdt de inspectie ook toezicht op dat aspect.

In de keuze van haar interventies hanteert de inspectie de zogenoemde interventieladder. De treden van deze ladder zijn interventies met toenemende impact. De inspecteur kiest binnen de wettelijke bevoegdheden en algemene beginselen van behoorlijk bestuur de interventie waarvan hij het meeste effect verwacht.

Bij een goede naleving kan een organisatie minder toezicht ontvangen en kan de inspectie eventueel afspraken maken over de intensiteit van het toezicht. Gedacht kan worden aan verantwoording via managementsystemen, waarbij de ILT volstaat met een combinatie van systeemtoezicht (het uitvoeren van audits) en reality-checks (object- en administratiecontroles, audits).

Een prioriteit van het ministerie van IenM die niet onvermeld kan blijven is de Omgevingswet. Deze zal in 2019 in werking treden. Hij vertegenwoordigt een omvangrijke verandering waar de ILT op verschillende manieren (als vergunningverlener, handhaver en vergunningadviseur) mee te maken krijgt. Ter voorbereiding van de inwerkingtreding brengt de ILT de processen in kaart die de Omgevingswet beinvloedt. Waar nodig past zij deze processen aan.
Een belangrijk onderdeel van de Omgevingswet is het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Het DSO ondersteunt de Omgevingswet door ervoor te zorgen dat alle beschikbare informatie van zowel de wet- en regelgeving als van gegevens van de fysieke omgevingskwaliteit ter plaatse met één klik op de kaart beschikbaar komt en begrijpelijk wordt getoond. De ILT zal haar digitale infrastructuur hierop aansluiten. De ILT neemt deel aan verschillende projecten voor de implementatie van de Omgevingswet, zodat ze vanaf de inwerkingtreding in 2019 invulling kan geven aan haar taken in het kader van deze wet.

Het Meerjarenplan 2016-2020 bevatte de planning van de productie van de ILT verdeeld over de diverse werkvelden. Dat MJP beschreef de werkvelden en werkzaamheden uitgebreid.

Hieronder staan korte inleidingen op een werkveld, gevolgd door een geactualiseerd beeld van de ingezette instrumenten en de bijbehorende productie in aantallen. De inleidingen geven geen volledige opsomming van de werkvelden, het is een meer globale beschrijving.

De cijfers voor 2017 bevatten geen grote wijzigingen ten opzichte van het MJP 2016-2020. Dit betekent dat productie en inzet grotendeels gelijk zijn gebleven. Wel zorgen de verbeteringen naar aanleiding van de parlementaire enquête over de Fyra nu al voor aangepaste werkprocessen.

Dit Meerjarenplan 2017-2021 geeft een beeld van de inspanningen en beoogde output op hoofdlijnen. De verschillende organisatieonderdelen van de ILT zullen de productiecijfers meer gedetailleerd uitwerken.  

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.1 Risicovolle en explosiegevaarlijke stoffen

Asbest

De regels voor risicovolle en explosiegevaarlijke stoffen beogen te voorkomen dat mens en milieu worden blootgesteld aan gevaarlijke stoffen. De regels richten zich op het beheersen van de risico’s bij het gebruik van stoffen en mengsels die bestemd zijn om schadelijke organismen te vernietigen, af te schrikken of anderszins onschadelijk te maken (biociden).

Ook in deze categorie valt het toezicht op de eisen om te voorkomen dat asbestvezels vrijkomen bij het afbreken of uit elkaar halen van een object. Verder horen daarbij de registratie en de etikettering van chemicaliën. Daardoor zijn de risico’s bekend bij de afnemers en kunnen zij passende beschermingsmaatregelen treffen. Het gaat daarbij om REACH- en CLP-regelgeving. REACH staat voor Registratie, Evaluatie en Autorisatie van CHemische stoffen). CLP betekent:  Classification, Labelling and Packaging.

Ozonlaag

De ILT houdt toezicht op de naleving van de regels ter voorkoming van het produceren, verhandelen en vrijkomen van ozonlaag aantastende stoffen en gefluoreerde broeikasgassen. Daarbij gaat het zowel om handel als om gebruik van zulke luchtverontreinigende stoffen.

Vuurwerk

De inspectie houdt (markt)toezicht op vuurwerk. Het afsteken van vuurwerk door particulieren staat ieder jaar weer ter discussie. Het doel van de regels hiervoor is mens en milieu te beschermen tegen de effecten van het opslaan, vervoeren en afsteken van vuurwerk. Het toezicht moet eraan bijdragen dat het vuurwerk veilig is. De kwaliteit van het vuurwerk moet voldoen aan Europese en (aanvullende) Nederlandse regelgeving. De ILT werkt nauw samen met andere partijen in de vuurwerkketen.

Precursoren

Voor precursoren krijgt het toezicht vorm door een vergunning- en meldplicht, dit om grip te krijgen op de handel in explosieven. Vanuit security-oogpunt (terrorisme) bestaat er een groot maatschappelijk belang.

Productieaantallen risicovolle en explosiegevaarlijke stoffen

  2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 250 250 250 250 250
Administratiecontroles 1375 1355 1355 1355 1355
Audits 9 11 9 9 9
Convenanten 10 12 13 13 13
Objectinspecties 1175 1125 1175 1175 1175

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.2 Vervoer gevaarlijke stoffen

De ILT ontleent haar wettelijke taken op het gebied van vervoer gevaarlijke stofen voornamelijk aan de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, de Schepenwet en de Wet luchtvaart en de hierbij behorende besluiten en regelingen.

Internationaal komt de regelgeving tot stand op grond van de volgende verdragen en overeenkomsten:

  • Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR);
  • Reglement betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over het spoor (RID);
  • Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren (ADN);
  • Technische voorschriften voor het veilige vervoer van gevaarlijke stoffen door de lucht (ICAO TIS);
  • De Internationale Code voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over zee (IMDG Code, IMSBC Code, IBC Code).

Productieaantallen

  2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 275 270 270 270 270
Administratiecontroles 275 275 275 275 275
Audits 54 66 72 72 72
Convenanten 8 9 10 11 11
Objectinspecties 6470 6470 6470 6470 6470
Incidentafhandeling 1402 1402 1402 1402 1402
Onderzoek 20 20 20 20 20

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.3 Energiemaatregelen en producten

Energiemaatregelen en producten

De ILT ziet toe op de aanwezigheid en overdracht van verplichte energielabels, te weten bij autobanden, personenauto’s, verkoop en verhuur van woningen en utiliteitsgebouwen, zoals kantoren en winkels. Ook ziet de ILT toe op de erkend deskundigen die energielabels definitief mogen maken. Europese richtlijnen en verordeningen verplichten de EU-landen maatregelen te nemen om de energieprestaties van genoemde producten en gebouwen te verbeteren en daarnaast om het gebruik van energiezuinige producten en gebouwen door consumenten te stimuleren.

De ILT ziet erop toe dat gebouweigenaren airconditioningsystemen op de juiste wijze laten keuren door gekwalificeerde deskundigen. Het gaat dan om installaties met een vermogen groter dan 12 kW.

Producten

De ILT voert toezicht uit op producten volgens de Verordening (EG) nr. 765/2008. Deze vormt, een algemeen kader voor markttoezicht op producten. Volgens dit kader moeten lidstaten van de Europese Unie een programma voor handhaving van productwetgeving opstellen en uitvoeren.

Aan de producten worden eisen gesteld om een hoog beschermingsniveau te bieden voor gezondheid, milieu en veiligheid. Alle producten moeten aantoonbaar voldoen aan de gestelde eisen en voorzien zijn van een CE-markering of een typegoedkeuring met bijbehorende documenten.

Wanneer er twijfel bestaat over de documenten kan een ‘reality check’ worden uitgevoerd op de administratieve controle. Op basis van risico-analyse en Europese afspraken wordt vastgesteld naar welke productgroepen met prioriteit wordt gekeken. In een aantal gevallen moet hierbij gebruik gemaakt worden van een systeem van accreditatie.

Als controles producten aan het licht brengen die non-conform zijn, of waarop vervalste of misleidende markeringen zijn aangebracht, treedt de inspectie handhavend op. Dit kan zij doen bij alle marktdeelnemers: de fabrikant, de gemachtigde, de importeur en de distributeur.

Productieaantallen

  2017 2018 2019 2020 2021
Administratie-
controles
1.700 1.700 1.700 1.700 1.700
Convenanten 4 4 5 5 5
Object-
inspecties
36.000 35.000 34.000 33.000 32.000

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.4 Afval

Afval

De ILT voert wettelijke taken uit in het kader van het Besluit en de Regeling Inzamelen Afvalstoffen (BIA resp. RIA), de regelingen gericht op het beheer van afvalstoffen (inzameling en recycling) en de Europese Verordening Overbrenging van Afvalstoffen (EVOA).

De ILT is de Nederlandse bevoegde autoriteit voor vergunningverlening voor in-, uit- en doorvoer van internationale afvaltransporten (EVOA). De inspectie toetst daarbij aan de sectorplannen van het Nederlandse beleidskader: het Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP).

Revisie vergunningen

De ILT verleent ook de vergunningen aan inzamelaars van afgewerkte olie, klein gevaarlijk afval en scheepsafvalstoffen in Nederland (BIA). Na de LAP-wijzigingen van begin 2015 worden alle ongeveer 75 vigerende BIA-vergunningen herzien. Gezien de beschikbare capaciteit loopt deze revisieactie van  2016  tot 2018. Ook wordt bezien op welke wijze de aankomende wijzigingen in het LAP (leidend tot LAP 3) kunnen worden meegenomen.

De revisievergunningen treden na 2016 in werking. Omdat er weinig nieuwe toetreders op de inzamelaarsmarkt zijn, neemt het aantal nieuwe BIA-vergunningaanvragen af.

Duurzaam

Het toezicht door de ILT richt zich op preventie van afval, duurzaam produceren, nuttige toepassing en recycling van afvalstoffen en veilige inzameling en verwerking van (gevaarlijke)afvalstromen. De ILT controleert producenten, importeurs, ontdoeners, inzamelaars (inclusief tussenhandelaren), transporteurs, verwerkers en exporteurs van afval. Zowel rijk en provincies als gemeenten en waterschappen hebben toezichttaken op het gebied van afval. Waar nodig vinden afstemming en samenwerking plaats. De ILT houdt daarbij rekening met ontwikkelingen in het kader van de circulaire economie.

Productieaantallen

In het eerste half jaar van 2016 heeft de ILT de wijze van toezicht onder de loep genomen. Dit leidde tot een gewijzigde aanpak, waardoor de productieaantallen voor dit onderdeel veranderen ten opzichte van  het Meerjarenplan 2016-2020.

2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 3380 3376 3376 3351 3351
Administratiecontroles 200 210 220 220 220
Audits 4 5 6 7 7
Convenanten 4 5 5 6 6
Objectinspecties 955 970 970 975 975

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.5 Risicovolle bedrijven

Risicovolle bedrijven

Defensie

De ILT verleent vergunningen en houdt toezicht op inrichtingen van het ministerie van Defensie op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Wet milieubeheer (Wm). Deze taken blijven de komende jaren een belangrijk speerpunt. Gezocht wordt naar betere en effectievere toezichtmethoden om de naleving door Defensie te verbeteren.

GGO

Het nieuwe Besluit genetisch gemodificeerde organismen (GGO) en de ontwikkelingen in het veld (gene drive en ‘zelfbouwpakketten’) verlangen andere deskundigheden van de inspecteurs en een andere manier van toezicht. Deze veranderingen kunnen de komende jaren doorgevoerd worden.

Buisleidingen

De grote nalevingbereidheid van buisleidingexploitanten leidt de komende jaren tot een vermindering van toezicht bij goed presterende exploitanten. Ook wordt het toezicht meer gericht op de goede werking van het volledige veiligheidsbeheerssysteem, ondersteund door reality checks.

Productieaantallen

  2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 6,7 83 80 40 40 40
Administratiecontroles 95 95 85 70 70
Audits 90 90 85 85 85
Objectinspecties 225 190 165 135 135
Incidentafhandeling 10 10 10 10 10

6. Vanaf 2019 treedt naar verwachting de omgevingswet in werking, de Wabo-vergunningen tav BRIKS gaan dan over naar gemeenten.
7. 3 concessieaanvragen buisleidingen.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.6 Andere overheden

Andere overheden

Op basis van artikel 2.26 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is de ILT aangewezen als adviseur voor het Wabo-bevoegd gezag (provincies en gemeenten) bij aanvragen voor omgevingsvergunningen van risicovolle (BRZO) bedrijven. De inspectie toetst de Wabo-vergunningen die worden verleend aan 800 BRZO- en andere milieurelevante bedrijven met als doel landelijk uniforme vergunningen die voldoen aan (inter)nationale milieuvoorschriften (gelijk speelveld).

De inspectie houdt toezicht op de naleving van de vergunningvoorschriften van grote olieopslagterminals op Bonaire en Sint Eustatius. Deze bedrijven hebben pas in 2013-2014 een actuele milieuvergunning gekregen waarop de ILT toeziet.

Toezicht op provincies

Ter invulling van de stelselverantwoordelijkheid van de minister voert de inspectie het interbestuurlijk toezicht op de provincies uit en bepaalt of de provincies volgens de wet de zogenoemde medebewindtaken uitvoeren. Prioriteit ligt daarbij bij de taken voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) van de provincie ten aanzien van risicovolle bedrijven (met name bedrijven die vallen onder het Besluit risico’s zware ongevallen en de Richtlijn industriële emissies cat. 4). De ILT geeft uitvoering aan deze opdracht door het opstellen van provinciebeelden (administratiecontroles). Zij gaat daarbij uit van vertrouwen en voert de taak voornamelijk uit op basis van bestaande (openbare) gegevens.

Melding ongewone voorvallen

De Wet milieubeheer (art 17.2) verplicht bedrijven om een ongewoon voorval (incident of afwijking van de reguliere bedrijfsvoering) te melden aan het Wabo-bevoegd gezag. Het bevoegd gezag stuurt deze meldingen conform de Wet milieubeheer door aan de inspectie.

De ILT verwerkt deze meldingen, beoordeelt en analyseert ze. De resultaten worden gedeeld met het bevoegde gezag en het departementale beleidsonderdeel.

Nationale belangen

De ILT houdt verder toezicht op de borging van de nationale belangen in het ruimtelijke ordeningsbeleid. Zij toetst de provinciale ruimtelijke verordeningen en inpassingsplannen en de gemeentelijke ruimtelijke plannen aan het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening en andere AMvB’s met ruimtelijke consequenties.

Luchthavens

De ILT toetst bouwplannen binnen het zogenoemde beperkingengebied (Luchthavenindelingsbesluit) rond Schiphol en rondom regionale luchthavens van nationaal belang (Lelystad en straks ook Rotterdam, Eindhoven en Maastricht) en verleent, als dat op zijn plaats is, een verklaring van geen bezwaar.

Productieaantallen

  2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningverlening8 55 55 55 55 55
Wabo-adviezen 175 175 175 175 175
Administratiecontroles 2009 200 200 200 200
Audits 6 6 6 6 6
Onderzoek 10 10 10 10 10
Trendanalyse 1 1 1 1 1

8. Verklaring van geen bezwaar Luchthavenindelingbesluit
9. Doorwerking nationale belangen in bestemmingsplannen

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.7 Water en bodem

De ILT verleent vergunningen en houdt direct toezicht op wettelijke verplichtingen rondom de zogenoemde ‘eigen werken’ van Rijkswaterstaat (RWS) voor zover het gaat om de ‘natte wetgeving’. Het toezicht vindt plaats bij aannemers of andere bedrijven die in opdracht van RWS handelingen in de rijkswateren uitvoeren en daarnaast bij RWS zelf in zijn rol van beheerder en opdrachtgever. Op het gebied van hoogwaterveiligheid zal de inspectie toezicht houden op de naleving van de wettelijke voorschriften bij de beoordeling van de primaire waterkeringen door de beheerders en de zorgplicht, die plaatsvindt aan de hand van het nog vast te stellen Wettelijk Beoordelingsinstrumentarium (WBI).

Drinkwater

De ILT houdt toezicht op de naleving van bepalingen in de Drinkwaterwet en de daaronder vallende regelingen. Die bepalingen gaan over de winning, reiniging en distributie van drinkwater door drinkwaterbedrijven en (eigenaren van) eigen winningen. Bij de drinkwaterbedrijven richt het toezicht zich ook op de beveiliging, de afhandeling van calamiteiten en ( in samenwerking met de Autoriteit Consument & Markt) op het tarief. Bij eigen winningen gaat het om bedrijven die zelf grondwater oppompen en aan derden leveren voor consumptie. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij campings.
Per 1 juli 2016 is de inspectie aangewezen als toezichthouder voor het technische toezicht op de kwaliteit en de veiligheid van de elektriciteit- en drinkwatervoorziening op Bonaire, Sint-Eustasius en Saba (Besluit elektriciteit en drinkwater BES).

Legionella

Met het oog op legionellapreventie houdt de inspectie toezicht op de in de Drinkwaterwet genoemde collectieve installaties.  Te grote aantallen legionellabacteriën in het drinkwater zouden daar voor een risico voor de volksgezondheid kunnen zorgen.

Kwalibo

De ILT houdt toezicht op bodemintermediairs en certificerende instellingen binnen het zogenoemde Kwalibo-stelsel. Kwalibo staat voor Kwaliteitsborging bij bodemintermediairs en heeft als doel om de betrouwbaarheid van het werk van intermediairs te vergroten. Zo worden eisen gesteld aan werkzaamheden in het bodembeheer en aan de integriteit van de uitvoerders. Dit geldt voor zowel de droge bodem als de waterbodem.

Bodemintermediairs zijn onder meer adviesbureaus, laboratoria, aannemers, grondbanken, bedrijven die grond en baggerspecie reinigen of verwerken en bedrijven die bouwstoffen produceren uit primaire grondstoffen en afvalproducten.

Productieaantallen

2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 175 88 88 88 88
Administratie-
controles
3.175 3.135 3.135 3.1.35 3.135
Audits 21 30 28 28 28
Convenanten 16 21 23 24 25
Objectinspecties 770 770 770 770 770

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.8 Scheepvaart

Scheepvaart

De ILT houdt toezicht op de naleving van bemanningsvoorschriften, milieuvoorschriften, veiligheidsvoorschriften en van technische voorschriften voor schepen en apparatuur. De ILT verstrekt zelf vergunningen en houdt door audits toezicht op klassenbureaus en andere erkende instellingen die certificerende werkzaamheden uitvoeren en bijvoorbeeld trainingen verzorgen.

Binnenvaart

Waar mogelijk zet de ILT meer in op administratiecontroles en minder op objectinspecties. Het toezicht in de binnenvaart betreft het goederenvervoer (tank-, bulk- en containerschepen) en het beroepsmatig personenvervoer (hotelschepen, veerboten, rondvaartboten). Transportvormen die aandacht blijven vergen zijn de kleinere passagiersvaart en de bunkervaart.

Zeevaart

Zeevaart betreft koopvaardij (goederenvervoer en passagiersvervoer, ook in Caribisch Nederland) en visserij. Door internationale regelgeving en politieke afspraken is de ILT verplicht om circa 4.370 objectinspecties uit te voeren op buitenlandse en Nederlandse koopvaardijschepen. Daarbij gaat steeds meer aandacht uit naar bescherming van de leefomgeving, met name in relatie tot scheepsafval en zwaveluitstoot. Verder voert de ILT objectinspecties uit voor vlaggenstaat en visserij. Hiervoor bestaan geen verplichte aantallen. In de visserij richt de ILT zich op de bevordering van het veiligheidsbewustzijn.

De ILT voert onderzoek uit naar aanleiding van ongevallen ten behoeve van mogelijke bestuursrechtelijke of tuchtrechtelijke interventies.

Productieaantallen

Binnenvaart 2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 1.050 1.100 1.000 1.100 1.100
Administratie-
controles
120 120 120 120 120
Audits 15 15 15 15 15
Convenanten 6 6 6 6 6
Object-
inspecties
800 700 600 600 600
Incident-
afhandeling
400 400 400 400 400
Zeevaart 2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 5.400 5.400 5.400 5.400 5.400
Administratie-
controles
100 100 100 100 100
Audits 25 25 25 25 25
Convenanten 2 2 2 2 2
Object-
inspecties
4.700 4.800 4.800 4.800 4.800
Onderzoek 250 250 250 250 250

Naast het bovenstaande voert de ILT op het gebied van scheepvaart de volgende werkzaamheden uit:

  • het verlenen van ontheffingen en het goedkeuren van ontheffingen die door klassenbureaus worden verleend;
  • het afhandelen van klachten van passagiers en personeel in de zeevaart;
  • het jaarlijks hernieuwd afgeven van certificaten in de visserij;
  • toezicht op de werking van het Long Range Identification and Tracking-systeem in de koopvaardij;
  • toezicht op het werk van keuringsartsen;
  • technische assistentie aan bijvoorbeeld ongevalonderzoeken van de Onderzoeksraad voor Veiligheid.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.9 Rail- en wegvervoer

Rail- en wegvervoer

De ILT houdt toezicht op de naleving van wet- en regelgeving bij het transport van personen en goederen over het spoor, op het lokaal spoor (tram- en metrovervoer) en de railinfrastructuur en op het goederen- en personenvervoer over de weg. Het toezicht is risicogestuurd en daarmee gericht op de veiligheidsprestaties van ondernemingen en organisaties. Daarbij wordt gebruik gemaakt van vormen van systeemtoezicht (onder meer convenanten in het transport over de weg), administratiecontroles, audits en objectinspecties.

Spoor

Voor het hoofdspoor verzorgt de ILT de toelating van bedrijven, voertuigen en infrastructuur door het verstrekken van vergunningen. Voor lokaal spoor (tram en metro) is de ILT de aangewezen toezichthouder die voor de regionale vervoersregio’s toezicht houdt op de vervoerders. Voor het transport van gevaarlijke stoffen worden ontheffingen verleend en wordt toezicht gehouden op certificeerders van verpakkingen.

Wegvervoer

Bij het wegtransport houdt de inspectie onder meer toezicht op, rij- en rusttijden, overbelading van vrachtwagens en bij personenvervoer op het gebruik van de boordcomputer taxi. Ook zet de inspectie in op toezicht op illegaal taxivervoer.

Productieaantallen

De aantallen voor vergunningverlening zijn ten opzichte van het MJP 2016-2020 aangepast. Voor het onderdeel machinistenvergunningen is er sprake van een cyclus van 10 jaar en de ILT verwacht in 2017 dan ook minder aanvragen. Ook de verdubbeling van het aantal vergunningen vanaf 2019 is een uitvloeisel van deze cyclus.

De toelating van spoorvoertuigen vergt meer capaciteit. Als dit nodig is zal capaciteit voor toezicht en handhaving worden ingezet op vergunningverlening. Dit kan gevolgen hebben voor het aantal objectinspecties die worden uitgevoerd.

Rail

2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 615 610 1.220 1.190 1.190
Audits 180 180 180 180 180
Objectinspecties 1.900 1.900 1.900 1.900 1.900

Weg

2017 2018 2019 2020 2021
Administratiecontroles 952 932 912 892 892
Convenanten 73 76 80 82 84
Objectinspecties 15.480 15.480 15.480 15.480 15.480

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.10 Luchtvaart

Luchtvaart

De ILT certificeert en houdt toezicht op: luchtruim, luchthavens, technische ontwerp- en onderhoudsbedrijven, opleidingsinstellingen, commercieel transport, luchtvaartuigen en simulators. Dit doet zij op basis van ICAO-regelgeving (International Civil Aviation Organization), Europese regelgeving en nationale regelgeving en het State Safety Programme-actieplan. Doel van het toezicht is het vergroten van de (vlieg)veiligheid. De safety assessment-inspecties worden op zowel nationale als buitenlandse operators uitgevoerd.

Luchtvaartvoorvallen

De luchtvaartsector meldt alle voorvallen in de Nederlandse luchtvaart aan de ILT. De commerciële sector beoordeelt de voorvallen zelf, de ILT doet dat voor de niet-commerciële sector.

De ILT verwerkt en analyseert de gemelde luchtvaartvoorvallen met als doel: het monitoren van bestaande risicogebieden, het signaleren en identificeren van mogelijke nieuwe risicogebieden.

Passagiersrechten

Bij passagiersrechten let de ILT erop dat de luchtvaartmaatschappijen en luchthavens zich houden aan de Europese regels voor passagiersrechten van passagiers met een mobiliteitsbeperking en van passagiers die te maken krijgen met vertraging, annulering of instapweigering. Bij het onderzoeken van deze klachten beoordeelt de ILT de omstandigheden van het incident met het oog op het niet naleven van de Europese verordeningen.

Caribisch Nederland

In het nationale toezicht zijn er afspraken en is er samenwerking met de Politie en de militaire luchtvaartautoriteiten. In Caribisch Nederland houdt de ILT vooral toezicht op de luchthavens en voert de ILT SAFA-inspecties uit (Safety Assessment of Foreign Aircraft). Hierbij werkt zij nauw samen met de Caribische partners. 

Gedeeld luchtruim

Internationaal bestaat er samenwerking in het toezicht op het luchtruim. Het gaat daarbij in het bijzonder om samenwerking met Zwitserland, Frankrijk, Duitsland, België en Luxemburg in het kader van het Functional Airspace Block Europe Central-verdrag (FABEC). De samenwerking moet leiden tot een internationaal gedeeld luchtruim met als hoofddoelen onder meer het terugbrengen van vertragingen en grotere vluchtefficiëntie.

Productieaantallen

  2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 5.300 5.100 5.000 5.000 4.900
Audits 410 410 410 410 410
Object-
inspecties
1.300 1.300 1.300 1.300 1.300
Incident-
afhandeling
0 0 0 0 0
Onderzoek 0 0 0 0 0
Passagiers-
rechten Klachten
1.600 1.600 1.200 1.000 1.000
Voorvallen commercial
air transport
15.500 16.000 16.500 17.000 17.500
Voorvallen general
aviation
1.500 2.000 2.500 2.750 3.000

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.11 Woningcorporaties

Woningcorporaties

De Autoriteit woningcorporaties (Aw), ondergebracht bij de ILT, voert het integraal risicogericht toezicht op woningcorporaties uit zoals opgedragen in de Woningwet. De Aw bewaakt en beschermt de maatschappelijke middelen van woningcorporaties, zodat deze rechtmatig, effectief en efficiënt worden ingezet in het belang van de volkshuisvesting. Het is de ambitie van de Aw dat het woningcorporatiestelsel zijn publieke taak bestendig kan uitoefenen. De Aw stelt jaarlijks (ook) een jaarwerkplan vast. Dat plan wordt aan de beide kamers der Staten-Generaal gezonden.

DAEB

Behalve toezichthouder is de Aw vergunningverlener. De belangrijkste vergunningen voor 2017 betreffen de scheiding van DAEB- en niet-DAEB-activiteiten, de zienswijzen geschiktheid en betrouwbaarheid en de goedkeuring van verkoop van woningen en maatschappelijk vastgoed. DAEB staat voor Diensten van Algemeen Economisch Belang.

Daarnaast ondersteunen het sectorbeeld, de thema-onderzoeken en de gegevens die de Aw aan het Corporatie Benchmark Centrum aanlevert de verdere professionalisering van de woningcorporaties.

Productieaantallen

Ten opzichte van het MJP 2016-2020 is er een aantal wijzigingen. Zo is het aantal te verlenen vergunningen toegenomen wegens de verbijzondering van de scheiding DAEB en niet-DAEB. Bij administratiecontroles zijn de WNT-onderzoeken toegevoegd (Wet normering topinkomens). De monitoringscorporaties zijn bij de audits opgenomen. Daaronder vallen nu ook de governance-inspecties, de meldingen integriteit en art. 29.

  2017 2018 2019 2020 2021
Vergunningen 1450 820 780 790 790
Administratie-
controles
340 320 310 300 290
Audits 710 675 665 655 645
Onderzoek 4 4 4 4 4

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.12 Bestuurlijke boete

Bestuurlijke boete

Het Bureau Bestuurlijke Boete verwerkt bestuurlijke boetes van de ILT en van handhavingspartners, zoals de Politie en Rijkswaterstaat. Naar verwachting worden in 2017-2021 jaarlijks ongeveer 2.100 boeterapporten verwerkt. Voor de ILT verwerkt het bureau strafbeschikkingen en int het verbeurde dwangsommen.

Productieaantallen

Boeterapport opgesteld door Aantal
 
Inspectie Leefomgeving en Transport 1200
Nationale Politie, Landelijke Eenheid 350
Regionale Politiekorpsen 225
Rijkswaterstaat 300
Overigen 25

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.13 Inlichtingen en opsporing

Inlichtingen en opsporing

De ILT heeft voor strafrechtelijk opsporingsonderzoek een Inlichtingen- en Opsporingsdienst (IOD). De prioriteiten in de strafrechtelijke opsporing liggen bij de thema’s afval, bodem, gevaarlijke stoffen, woningcorporaties en transport. De ILT/IOD richt zich daarbij op georganiseerde criminaliteit met een ondermijnend karakter en vaak met internationale (financiële) constructies en handelsstromen. Strafrechtelijke onderzoeken voert de ILT/IOD, waar mogelijk, in samenwerking met andere opsporingsdiensten uit om een maximaal effect te sorteren.

Free riders

Vanuit de intelligence-positie van de ILT/IOD wordt de aandacht, in het verlengde van handhaving en toezicht, mede gericht op ‘free riders’. Dat zijn organisaties en individuen die zich bewust onttrekken aan het toezicht en bedrijven die gebruik maken van een nieuwe modus operandi.

Productieaantallen

Product10 Aantal
Signalen 88
Preweegdocumenten 16
TCI-pv's 30
TCI-criminele inlichtingen rapporten 70
Analyses 2
PV's (eindopsporingsonderzoeken) 10

10. De aantallen producten zijn vooruitlopend op de afstemming met het OM over het Handhavingsarrangement.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.14 Meld- en Informatiecentrum

30 Meld- en informatiecentrum

Het Meld- en Informatiecentrum (MIC) van de ILT behandelt vragen en meldingen van bedrijven, burgers en collega-handhavers.  Het MIC is de enige klantingang van de ILT. Daar wordt de instroom en doorstroom van vragen, meldingen of klachten gecoördineerd.

Meldingen die via MIC binnenkomen

  2017 2018 2019 2020 2021
Gevaarlijke
stoffen11
10.010 10.010 10.010 10.010 10.010
Energie-
maat
regelen en
product-
regelingen12
230 230 230 230 230
Afval13 530.330 530.330 530.330 530.330 530.330
Risicovolle
bedrijven14
640 640 640 640 640
Water en
Bodem15
10.060 10.060 10.060 10.060 10.060
Scheep-
vaart16
680 680 680 680 680
Rail- en
wegverkeer17
430 430 430 430 430
Luchtvaart18 440 440 440 440 440
Woning-
corporaties
30 30 30 30 30
Totaal 553.020 553.020 553.020 553.020 553.020

11. Explosie gevaarlijke stoffen, Asbest, Biociden,Luchtverontreiniging brandstoffen, Ongewone voorvallen Wm art 17.2,RoHS, Transport Gevaarlijke Stoffen, Rapportage Voorval/ongeval binnenwateren, Rapportage Voorval/ongeval spoor en weg, Report Dangerous goods occurrence by air
12. Bandenlabels, CE-markeringen, RAPEX, Plastic tassen, REACH, Verkeersproducten
13. Afval, EVOA-transport
14. Buisleidingen, Defensie-inrichtingen, ongewone voorvallen
15. Bodem, drinkwaterkwaliteit, Legionella, Eigen Werken RWS, Toezicht beoordeling primaire keringen
16.Binnenvaart, Zeevaart, Koopvaardij, Visserij
17.Busvervoer, Goederenvervoer, Railvervoer
18.Voorval meldingen, Passagiersrechten LV, Schiphol
19.Integriteit woningcorporaties (woco’s), Ongewone omstandigheden bij woco's

 

Vragen die via MIC binnenkomen

2017 2018 2019 2020 2021
Gevaarlijke
stoffen
5.100 5.100 5.100 5.100 5.100
Energie-
maatregelen
en
product-
regelingen
1.500 1.500 1.500 1.500 1.500
Afval 4.500 4.500 4.500 4.500 4.500
Risicovolle
bedrijven
3.200 3.200 3.200 3.200 3.200
Water en
Bodem
2.140 2.140 2.140 2.140 2.140
Scheep-
vaart
13.300 13.300 13.300 13.300 13.300
Rail- en
wegverkeer
11.600 11.600 11.600 11.600 11.600
Luchtvaart 8.500 8.500 8.500 8.500 8.500
Woning-
corporaties1
4.060 4.060 4.060 4.060 4.060
Totaal 53.900 53.900 53.900 53.900

53.900

1. De invoering van de Woningwet 2015 en aanverwante regelgeving leidt tot veel vragen van woningcorporaties, maar ook van gemeenten en huurders.

Dit artikel hoort bij: Meerjarenplan ILT 2017 - 2021

5.15 Caribisch Nederland

Caribisch Nederland

Binnen het ministerie van IenM is de verantwoordelijkheid voor het dossier Caribisch Nederland (Saba, Bonaire en Sint Eustatius) in 2016 overgegaan van de inspecteur-generaal Leefomgeving en Transport naar de directeur-generaal Bereikbaarheid. Deze is aangewezen als portefeuillehouder en verantwoordelijk voor de regie, de samenhang van het beleid en het overzicht van de meerjarenplanning van IenM. Ook coördineert deze de uitvoering. De ILT voert wel inspectietaken uit voor zover die haar werkterrein betreffen