Foto Marc Schols

Maatschappelijke doelen

De ILT werkt aan veilige en duurzame scheepvaart, zowel over zee als op de binnenwateren, inclusief Waddenzee en Westerschelde. Het passagiers- en goederenvervoer via het water is omvangrijk. Maatschappelijke schade door scheepvaart betreft, los van milieu- en gezondheidsschade (zie onderdeel 'emissies'), vooral fysieke schade aan gezondheid en infrastructuur, zoals schade aan schip, bemanning of kades.

Economische schade kan ontstaan door de kosten voor het bergen van een schip na een ongeval, vaak voor rekening van de overheid. Scheepsafval en ladingsresten kunnen schade aan de leefomgeving toebrengen.

Ontwikkelingen

Op het terrein van scheepvaart ziet de ILT de volgende ontwikkelingen:

  • Op basis van Europese richtlijnen komt er een herziening van de havencontroles, met toezicht op buitenlandse schepen in Nederlandse havens. Ook verzorgt de ILT de herziening van het Vlaggenstaattoezicht, met toezicht op Nederlandse schepen.
  • De energietransitie leidt tot veiligheidsvragen rond windmolenparken op zee; ze vormen obstakels voor het scheepvaartverkeer. Dit kan leiden tot aanvullende vragen over de technische staat, kwalificaties van bemanningsleden en de te volgen procedures. Daarnaast zijn nieuwe risico's te verkennen bij gebruik van alternatieve brandstoffen op schepen, zoals waterstof.
  • Moderne piraterij is een probleem voor de zeescheepvaart in specifieke regio's. De ILT heeft sinds begin 2022 verantwoordelijkheden op basis van de Wet ter Bescherming Koopvaardij, namelijk vergunningverlening aan en toezicht op organisaties die koopvaardijschepen beschermen.
  • Bij binnenvaart zijn de gevolgen van klimaatverandering, zoals extreem weer, merkbaar en relevant in relatie tot zowel hoog- als laagwaterstanden.
  • Autonoom varen brengt diverse vraagstukken en gevolgen met zich mee.

Focus van de ILT

Bij scheepvaart is sprake van veel specifieke middelvoorschriften en inspecties op individuele objecten. Om op efficiƫnte wijze risico's op ongewenste gebeurtenissen te verkleinen, wordt gebruikgemaakt van en gekeken naar innovatieve alternatieve methoden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het toezicht op varend ontgassen.

De ILT maakt steeds meer gebruik van remote sensing. Door sensoren aan de wal of met drones die meten of varend ontgast wordt, of dat er een indicatie is dat vervuilde brandstof wordt gebruikt. Aanpassing van dergelijke voorschriften vergt specialistische kennis, overzicht op stelselniveau en veel internationale afstemming. De ILT zet zich hier de komende jaren verder voor in.

In het kader van het toezicht op de Vlaggenstaat vindt een verschuiving plaats van alleen objecttoezicht naar meer systeemtoezicht, waaronder op bestuursniveau. Dit vraagt om nieuwe competenties.

Digitalisering biedt een kans voor andere manieren van inspecteren, zoals bij controle op de tachograaf en de bemensing aan boord. Het maakt inspecties op afstand mogelijk, te weten bedrijfscontroles en administratief toezicht op digitale wijze.

Objecttoezicht van binnenvaart richt zich op alle vaartuigen die bedrijfsmatig gebruikmaken van de Nederlandse binnenwateren. Op het gebied van techniek, maar ook rondom arbeidsomstandigheden, vaar- en rusttijden, en de veiligheid van bemanning en passagiers. Hierbij wordt ook gekeken naar uitbuiting van personeel, in samenwerking met de Arbeidsinspectie.

Omgaan met hoogwaardige apparatuur stelt hoge eisen aan competenties van zowel bemanning als handhavers en onderzoekers. Dat is een uitdaging gezien de afname van goed geschoold personeel in de scheepvaart.