Afval

Als afval en afvalstromen niet worden verwerkt, kan dit leiden tot schade aan de gezondheid en het milieu. Daarom verplicht de Europese Kaderrichtlijn afvalstoffen-lidstaten van de Europese Unie een landelijk afvalbeheerplan op te stellen. Hierin staan de doelstellingen voor het beheer van afval.

In het afvalbeheerplan ligt precies vast welke concrete resultaten Nederland wil boeken bij het beheer van afval. In het plan staat onder andere hoe Nederland afval een nuttige toepassing wil geven, hoe de energie-inhoud van afval kan worden behouden en wat de doelstellingen zijn voor het beperken van de hoeveelheid afval.

De ILT voert het feitelijke toezicht uit op het beheer en de verwerking van afval. De inspectie houdt via onderzoek in de gaten of de recycledoelstellingen worden gehaald en of producenten hun verantwoordelijkheid nemen. Ook onderzoekt de inspectie hoe de inzameling verloopt en wat er uiteindelijk met het afvalmateriaal gebeurt.

Bodem

De ILT houdt binnen het KWALIBO-stelsel toezicht op bodemintermediairs en certificerende instellingen. KWALIBO staat voor kwaliteitsborging bij bodemintermediairs. Het stelsel heeft als doel de betrouwbaarheid van het werk van intermediairs en certificerende instellingen te vergroten. Dit kan door eisen te stellen aan specifieke werkzaamheden in het bodembeheer, zowel onder als boven de waterspiegel. Bodemintermediairs zijn bijvoorbeeld adviesbureaus, laboratoria, aannemers, grondbanken, bedrijven die grond en baggerspecie reinigen of verwerken of bedrijven die bouwstoffen produceren uit onder meer primaire grondstoffen en afvalproducten.

Drinkwater

De ILT is toezichthouder voor de naleving van de regels voor drinkwatervoorziening in Nederland. De doelgroep bestaat uit drinkwaterbedrijven. Ook zijn er een paar honderd bedrijven, hoofdzakelijk campings, die zelf op kleine schaal drinkwater produceren en dit leveren aan derden (eigen winningen).

Producten

Sommige stoffen en producten brengen risico’s met zich mee voor de veiligheid, de gezondheid of het milieu. Daarom heeft de Europese Unie regelgeving opgesteld die een veilige productie en omgang met zulke stoffen en producten moet garanderen. Daaronder valt ook het toezicht op die producten.

De ILT houdt in Nederland toezicht op producenten, importeurs en handelaren van stoffen en producten voor professioneel gebruik. De ILT ziet erop toe dat deze producten voldoen aan de Europese eisen voor toelating op de Europese markt. Het doel van het toezicht is verbetering van het milieu, de veiligheid en de gezondheid. Andere doelen zijn eerlijke concurrentie voor bedrijven, het voorkomen van fraude en de bescherming en bewustwording van consumenten.

Airconditioningsystemen

De ILT ziet erop toe dat eigenaren en beheerders van gebouwen keuringen van airconditioningsystemen op tijd laten uitvoeren door gediplomeerde deskundigen.

Energielabel gebouwen

Sinds 1 januari 2015 controleert de ILT op de aanwezigheid van het definitieve energielabel bij de verkoop, verhuur en oplevering van gebouwen.

Risicovolle bedrijven en activiteiten

De ILT richt zich op bedrijven en organisaties die verantwoordelijk zijn voor milieubelastende uitstoot van stoffen en voor risicobronnen voor de leefomgeving. Het gaat om risico’s voor de externe veiligheid. Denk hierbij aan transport via hoge druk-buisleidingen en toepassingen van genetisch gemodificeerde organismen.

Legionella

De ILT ziet toe op naleving van de regels voor legionellapreventie in drinkwater bij prioritaire instellingen. Deze regels zijn opgenomen in het Drinkwaterbesluit.

Ruimte

In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte uit 2011 is de rol van de ILT in de ruimtelijke ordening op hoofdlijnen weergegeven. Die rol richt zich op de nationale ruimtelijke belangen. De inspectie ziet toe op een goede doorwerking van die nationale belangen in de provinciale verordening, de inpassingsplannen en de toepassing daarvan in de praktijk.

Hoogwaterveiligheid

Het toezicht op de primaire waterkeringen is sinds 1 januari 2017 een wettelijke taak van de ILT. Het toezicht op de primaire waterkeringen bestaat uit:

  • Toezicht op de beoordeling van de primaire waterkeringen aan de hand van de nieuwe wettelijke veiligheidsnormen sinds 1 januari 2017 van kracht zijn. De eerste beoordelingsronde loopt tot 2023 en eindigt met een rapportage aan de minister over het landelijk veiligheidsbeeld.
  • Toezicht op de zorgplicht van de waterkeringbeheerders voor de primaire waterkeringen, conform de Waterwet.
  • Toezicht op de toetsing van de regionale keringen die in beheer zijn bij Rijkswaterstaat. Het toezicht is gestart in 2017 en loopt naar verwachting door tot medio 2019.

Toezicht op Defensie

De ILT houdt toezicht op het ministerie van Defensie en bijzondere inrichtingen, zoals gebouwen van het Koninklijk Huis (Paleis Noordeinde en Paleis Huis ten Bosch), enkele onderzoekslaboratoria van TNO en de vuurwerkopslag van Domeinen in Ulicoten. Dit doet zij op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de daarop gebaseerde vergunningen en diverse rechtstreeks werkende regelgeving zoals het Activiteitenbesluit, REACH en EG-verordeningen. Normaal gesproken ligt dit Wabo-toezicht bij gemeenten en provincies, maar wegens landsbelang en staatsrechtelijke aspecten is het toezicht voor zo’n 140 Defensie-locaties en bijzondere inrichtingen bij de ILT belegd. Bij deze inrichtingen gaat het om wettelijke eisen voor externe veiligheid, milieubescherming, slopen, bouw- en brandveiligheid en voorschriften van de flora- en faunawetgeving.

De minister van Infrastructuur en Milieu verleent vergunningen voor deze inrichtingen. Deze taak wordt sinds 1 januari 2016 uitgevoerd door de ILT.

Precursoren

Voor het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt toezicht gehouden op de Wet precursoren voor explosieven.

Eigen werken Rijkswaterstaat

De ILT is verantwoordelijk voor het toezicht op de ‘natte waterstaatswerken’ (zoals vaarwegen en waterkeringen) waarvoor Rijkswaterstaat als beheerder verantwoordelijk is en daarvoor, direct of indirect, opdrachtgever of initiatiefnemer is. Het gaat dus ook om werken waarbij de uitvoering en het beheer ver verwijderd kunnen zijn van de dagelijkse RWS-praktijk doordat de verantwoordelijkheid contractueel bij derden is neergelegd.

Deze taak valt uiteen in vergunningverlening en toezicht en handhaving. Vergunningverlening en handhaving zijn gescheiden en opereren onafhankelijk van elkaar.

Autoriteit woningcorporaties

De Autoriteit woningcorporaties (Aw) voert het integraal risicogericht toezicht op woningcorporaties uit, zoals opgedragen in de Woningwet. Zij valt onder de politieke verantwoordelijkheid van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en is ondergebracht bij de ILT. De Aw bewaakt en beschermt de maatschappelijke middelen van woningcorporaties zodat deze rechtmatig, effectief en efficiënt worden ingezet in het belang van de volkshuisvesting.

Advisering

Verder voert de ILT taken uit op het gebied van advisering van omgevingsdiensten en provincies over de door deze diensten ontvangen WABO-vergunningaanvragen. Op jaarbasis gaat het om ongeveer 150 aanvragen. Omdat deze taak niet valt binnen de rubrieken vergunningverlening, inspectie/controle of audit/convenant/onderzoek, is dit aantal niet opgenomen in de cijferreeksen.