Wat is de rol van de ILT?

Primaire waterkeringen, zoals dijken, dammen en sluizen, worden beheerd door de waterschappen en Rijkswaterstaat. Als waterkeringen niet voldoen aan de veiligheidsnormen moeten zij maatregelen nemen, zoals het versterken van de waterkering of door aanvullende beheersmaatregelen te nemen. Het doel hiervan is om het risico op overstromingen vanwege een falende waterkering zo klein mogelijk te houden. Sinds 2017 is het een wettelijke taak van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) om deze beheerders te controleren.

In de periode van 2017 tot en met 2023 controleert de ILT de beoordeling van deze primaire waterkeringen door de waterschappen en Rijkswaterstaat. Het is de eerste keer dat de keringen worden beoordeeld op het voldoen aan de nieuwe veiligheidsnormen. Dit is een belangrijk leerproces voor alle betrokken partijen dat inzichten oplevert voor het verbeteren van het beoordelingsproces. Na 2023 wordt de beoordelingsronde omgezet in een continu proces met een looptijd van 12 jaar.

Wat heeft de ILT bereikt?

Waterveiligheid nu op peil

In 2022 heeft de ILT alle beoordelingen van primaire waterkeringen gecontroleerd. Daarbij bleek dat alle beoordelingen volgens de regels zijn uitgevoerd. In 2023 kan de ILT de laatste conformiteitsverklaringen afgeven. Hiermee is de beoordelingsronde 2017-2023 dan afgesloten.

Verder heeft de ILT een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de nieuwe Omgevingsregeling en het Draaiboek beoordelingen primaire waterkeringen. Ook heeft de ILT de controle afgerond van de beoordelingen van regionale waterkeringen in beheer van het Rijk.

Het toezicht op de waterveiligheid blijft ook na 2022 een taak van de ILT. Hiervoor is een nieuwe toezichtstrategie opgesteld. De uitgangspunten voor het toezicht komen onder meer uit het Bestuursakkoord Water (BAW) en het Nationaal Water Programma. Vanaf 2023 houdt de ILT toezicht op de uitvoering van het preventiebeleid voor overstromingen. Dit preventiebeleid maakt deel uit van wat in het BAW meerlaagsveiligheid wordt genoemd. Hierin vullen preventie, ruimtelijke ordening en crisisbeheersing elkaar aan om het risico op overstromingen zo klein mogelijk te houden.