Wat is de rol van de ILT?

De maatschappelijke schade van eventuele bodemverontreiniging is groot. Verontreinigingen en verstoringen van de bodem vormen een groot risico volgens de ILT-brede risicoanalyse (IBRA). Samenwerking met meerdere partijen is vaak nodig om de oorzaken van dergelijke risico’s te voorkomen. Samenwerking blijft de komende jaren een belangrijk speerpunt. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) wil risico’s die een vitale bodem aantasten zoveel mogelijk voorkomen of beperken. Daarom werkt de ILT samen met onder meer de omgevingsdiensten. Op basis van analyses ontstaat een gezamenlijk beeld van de risico’s, oorzaken en de mogelijkheden voor een structurele aanpak, het handelingsperspectief.

De focus van het bodemtoezicht van de ILT is om meer grip te krijgen op de meest risicovolle ketens en het voorkomen van ongewenste gebeurtenissen. Het uitspoelen of vermengen van gevaarlijke stoffen uit secundaire grond, bouw- en reststoffen krijgt via onderzoek extra aandacht. Om de zelfregulering binnen deze sector te versterken, zet het toezicht in op versterking van de certificerende instellingen en bodemintermediairs. De ILT zet waar dat nodig is ook in op structurele gedragsverandering bij bedrijven via bijvoorbeeld voorlichting. Maar in geval van ernstige en moedwillige overtredingen maakt de ILT ook gebruik van stevigere interventies.

Wat heeft de ILT bereikt?

Werken aan grootste risico’s

De ILT heeft samen met publieke en private partijen een beeld gevormd van de mogelijke risico’s in delen van de bodemketen en maatregelen om ze te kunnen beheersen. Dit als onderdeel van het Programma Versterking Kwalibo (Kwaliteitsborging in het bodembeheer)-stelsel. Het ging daarbij om de volgende onderwerpen:

  • Bodemenergiesystemen
  • Baggeren van regionale wateren
  • Aanleggen van vloeistofdichte vloeren en bedrijfsrioleringen
  • Ondergrondse brandstoftanks
  • Productie en hergebruik van reststoffen

De risicobeelden en de bijbehorende beheersmaatregelen vormen de basis voor een gerichte samenwerking met onder meer de omgevingsdiensten. Ook verbetert dit de onderbouwing van de voorgestelde acties en biedt het mogelijkheden om het effect van de acties beter zichtbaar te maken.

Satellietdata identificeren groot grond verzet

De ILT en de politie onderzoeken in hoeverre zij satellietdata kunnen gebruiken. Er wordt bekeken of veranderingen in groot grond verzet te herkennen zijn. En of de aard of soort van de grond en bouwstoffen bepaald kunnen worden. Dit levert dan waardevolle informatie op voor de inspecteurs die bodemprojecten inspecteren en controleren. Het draagt eveneens bij aan een meer risicogerichte aanpak. In 2022 is gewerkt aan een dashboard Satellietdata.

Inspecties grondbanken en bouwstoffen

De ILT heeft inspecties uitgevoerd om risico’s te onderzoeken op verspreiding van verontreiniging bij grondbanken. Daarnaast zijn inspectieonderzoeken uitgevoerd naar de productie (en toepassing) van verschillende bouwstoffen. Dit is bijvoorbeeld immobilisaat, waarbij een bindmiddel verontreiniging van toegepaste (afval)stoffen inkapselt. Deze inspecties zorgen ook voor een betere informatiepositie rond deze ketens en leveren handvatten op voor gerichte samenwerking met omgevingsdiensten.

Samenwerking versterken

Met omgevingsdiensten is een scan uitgevoerd om na te gaan hoe de samenwerking verder is te versterken. Daarnaast hebben de ILT-inspecteurs bij omgevingsdiensten presentaties gegeven om informatie-uitwisseling aan te moedigen. Ook als gevolg hiervan zijn veel signalen over mogelijke missstanden in de bodemketen door de omgevingsdiensten aan de ILT gemeld. Al deze meldingen zijn met een quick scan beoordeeld, waarvan een deel verder is onderzocht.

Staalslakken

In opdracht van het programma Grond en bouwstoffen heeft het RIVM onderzoek gedaan naar de mogelijke milieurisico’s bij de toepassing van LD-staalslakken. Staalslakken zijn een bijproduct van de staalproductie. Begin 2023 zijn de resultaten hiervan definitief bekend. Op basis hiervan stelt de ILT een signaalrapportage op.

Kwaliteit bodemas stagneert

De ILT heeft een signaalrapportage uitgebracht over bodemas, waarbij ze waarschuwt dat milieurisico’s verschuiven naar een andere afzetmarkt. Bodemas is een restproduct dat achterblijft na verbranding van afval in de afvalenergiecentrales. Het wordt na opwerking als bouwstof aangeboden. De wetswijziging uit 2021 had een kwaliteitsverbetering van bodemas als bedoeling, maar slechts enkele bedrijven blijken deze verbetering te realiseren. Hierdoor verschuiven de milieurisico’s, zoals het alsnog vrijkomen van verontreinigingen, naar andere afzetmarkten, zoals de betonindustrie.

Interview over het werk van de ILT

“Door risico’s eerder te signaleren, voorkomen we problemen in de toekomst”

René Overduijn, senior inspecteur bodem

Hoe kwam de ILT tot de signaalrapportage over bodemas?
“We ontvingen meerdere signalen uit het veld dat er iets niet klopte bij het produceren en verwerken van bodemassen. In 2019 hebben we de keten rondom bodemas al in kaart gebracht.  Vervolgens onderzochten we in 2021 de 4 erkende Nederlandse opwerkers van AEC bodemassen. Uit de genomen monsters bleek dat 3 van de 4 bedrijven nog steeds relatief slechte kwaliteit bodemas produceren (de zogenaamde IBC kwaliteit).

Sinds 2 jaar mag slechte kwaliteit bodemas niet meer worden toegepast in bijvoorbeeld grond- en wegenbouwkundige werken. Het doel was dat de opwerkers van AEC bodemassen nog steeds bodemas zouden maken, maar dan van een verbeterde toepasbare kwaliteit. Wat schetst onze verbazing: ze produceren nog steeds laagwaardige bodemas. Het gaat alleen nu niet meer naar infrastructurele werken. De bodemassen worden op een andere manier verwerkt, zoals in de betonindustrie. Dat is toegestaan, maar het probleem dat daarmee ontstaat, is dat het proces uit ons toezicht verdwijnt. Op halffabrikaten houdt de ILT namelijk geen toezicht. Waar je bij betonproducten aan moet denken? Bijvoorbeeld aan die grote ‘legoblokken’ die je bij wegwerkzaamheden ziet of betonklinkers op straat. Ook al zijn we dan geen toezichthouder op de halffabrikaten, we vinden dit wel een ongewenste ontwikkeling. Als het beton met bodemas de ‘markt’ op gaat, voldoet het aan de regels. Die gaan over het hier en nu, maar dan heb je niet in beeld wat er later kan gebeuren. Wij denken dat er in de toekomst milieurisico’s kunnen ontstaan als het beton wordt hergebruikt of als er een defect aan dat beton ontstaat. Als beton weer wordt vermalen en een 2e of 3e leven krijgt, weten we niet meer wat er oorspronkelijk in verwerkt is; dat kan dus ongewenste bijeffecten opleveren. Je voelt dat dat niet goed is.”

Waarom is het belangrijk dat de ILT dit signaal naar buiten heeft gebracht?
“Omdat we zien dat er potentiële milieu- en bodemrisico’s zijn. Daarom vragen we daar aandacht voor. Je hoopt dat wet- en regelgeving risico’s wegnemen. Maar de markt neemt nu een zijspoor. Dat is tevoren niet voorzien; het is de bedoeling dat er een betere kwaliteit bodemas wordt gemaakt. In beginsel voldoen bedrijven aan het huidige besluit, maar de milieurisico’s in de toekomst zijn niet duidelijk. Door dat soort risico’s nu te signaleren, voorkomen we hopelijk problemen in de toekomst. We kijken verder weg dan het hier en nu.”

Wat vind jij belangrijk aan jouw werk?
“Ik vind het goed om aan te kaarten wat je hebt gezien als inspectie, ook al kun je het zelf niet direct veranderen. Wij controleren op de wetgeving, maar er kunnen ook andere risico’s zijn die niet direct door de wet worden gedekt. Daarom geven we een signaal af. Dat zorgt ervoor dat er stappen vooruit worden gemaakt om milieurisico’s te verkleinen.”

Beheer bodemas in IBC werken moet beter

De ILT heeft onderzoek gedaan naar de staat van grond- en wegenbouwkundige werken waar bodemassen als vervanging van zand en grind zijn toegepast. Deze werken moeten aan isolatie-, beheers- en controle- (IBC) maatregelen voldoen om milieurisico’s tot een minimum te beperken. De eigenaren of beheerders van dergelijke IBC-werken zijn verantwoordelijk voor het beheer van deze IBC- werken. Zij moeten ze ook periodiek laten controleren door erkende bedrijven. Gemeenten of provincies zijn het bevoegd gezag om hierop toe te zien. In de praktijk blijkt dat hiervoor onvoldoende aandacht is. Nadat de staatssecretaris hierover is geïnformeerd door de ILT, zijn de bevoegde gezagen verzocht deze controles te verbeteren.

Innovatie binnen toezicht

In 2022 heeft de ILT in samenwerking met de omgevingsdiensten bodembeschermende voorzieningen onderzocht. Daarbij is gebruikgemaakt van een innovatieve techniek om bedrijven op te sporen die zonder de benodigde certificaten, actief zijn met de aanleg van vloeistofdichte vloeren. De gebruikte techniek heet webscraping en is intern ontwikkeld. Webscraping helpt om verbanden te onderzoeken in een dataset die bestaat uit grote hoeveelheden informatie. De ILT heeft haar informatiepositie hiermee versterkt. Deze techniek biedt mogelijkheden om risicogerichter toezicht te houden.

Nieuwsberichten