Maatschappelijke doelen
Op het terrein van bodem, grond- en oppervlaktewater werkt de ILT aan een schone bodem en veilig grond- en oppervlaktewater. Het gaat primair om veilig en duurzaam (her)gebruik van grond en bouwstoffen en veilig gebruik van oppervlaktewater.
Het vertrouwen van de samenleving in het bodem- en waterbeheer is een belangrijk nevendoel. De maatschappelijke schade van eventuele bodemverontreiniging is omvangrijk (IBRA); burgers geven aan een goede kwaliteit van bodem en grond- en oppervlaktewater van belang te vinden, zo blijkt het uit perceptieonderzoek dat in 2021 is uitgevoerd.
Ontwikkelingen
Bodem
Er is groeiende politieke en maatschappelijke aandacht voor het vraagstuk bodem, onder andere naar aanleiding van casuïstiek rond de toepassing van staalslakken, thermisch gereinigde grond, granuliet en AVI-bodemassen.
Afvalstoffen worden vaker circulair toegepast, bijvoorbeeld in de vorm van bouwstoffen. Hiermee ontstaat een groter risico op onjuiste toepassing en daarmee verontreiniging van bodem en oppervlaktewater.
Het beheer van de bodemkwaliteit is complex en versnipperd ingericht. In 2020 zijn 3 rapporten5 verschenen die ingaan op het belang van versterking van het Kwalibo-stelsel en van het toezicht en de handhaving erop. Dit heeft geleid tot de (ambtelijke) taskforce 'herinrichting bodemstelsel', die een plan van aanpak voor benodigde verbeteringen in dit stelsel moet opstellen.
Daarnaast krijgen de adviezen van de Commissie Van Aartsen over de inrichting van het VTH-stelsel mogelijk doorwerking bij de bodem- en grond- en oppervlaktewatertaken. Dat heeft mogelijk ook gevolgen voor de rol en positie in het stelsel van de ILT.
Grond- en oppervlaktewater
De klimaatverandering zorgt voor meer druk op het grond- en oppervlaktewater als bron voor de winning van drinkwater. Dit leidt tot schaarste als gevolg van droogte met als gevolg mogelijke normoverschrijding.
Verder staat de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater onder druk vanwege een toename van opkomende nieuwe stoffen en de toepassing van secundaire bouwstoffen die kunnen uitlogen.
Focus van de ILT
Bodem
De focus van het bodemtoezicht zal vooral gericht zijn op het voorkomen van risicovolle en ongewenste gebeurtenissen op het gebied van het (weg)mengen van verontreinigingen in de ketens van grondstromen en bouwstoffen.
De ILT geeft meer aandacht aan het uitlogen en uitspoelen van stoffen uit toegepaste grond- en bouwstoffen.
Bij de uitvoering van haar bodemtaken heeft de ILT meer aandacht voor toepassingen die gevolgen kunnen hebben voor de drinkwaterwinning.
In de eerdergenoemde onderzoeken is geconcludeerd dat de ILT als toezichthouder in het stelsel van het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) meer capaciteit zou moeten vrijmaken voor het toezicht op certificerende instellingen en bodemintermediairs. Ook moet meer worden geïnvesteerd in het uitvoeren van themaonderzoeken van beoordelingsrichtlijnen.
De ILT wil zich de komende jaren proactiever inzetten door verdere ontwikkeling van beschikbaar instrumentarium zoals gebruik van locatiegegevens en een grondstromenpaspoort. Ook gaat de ILT vaker gebruikmaken van strafrecht in het terugdringen van bodemovertredingen. Door de Omgevingswet zijn er bevoegdheidsverschuivingen (van provincie naar gemeente) die mogelijk het bodemveld gaan raken.
Grond- en oppervlaktewater
Bij de watertaken van de ILT gaat de focus uit naar actualisering van verleende vergunningen voor lozingen op oppervlaktewater, waarbij opkomende stoffen speciale aandacht krijgen. Daarnaast is er sprake van een toename van vergunningverlenende en toezichthoudende taken door de komst van de Omgevingswet.
5 'Kleine korrels, grote discussie – rapportage over granuliet en het Besluit bodemkwaliteit', Wim Kuijken (1 september 2020); 'Onderzoek kwantificering ILT-bevindingen naleefgedrag Kwalibo-stelsel', P2 (3 september 2020), en; 'Beleidsevaluatie Kwaliteitsborging Bodem', Witteveen en Bos (4 september 2020).